Inhoudsopgave
Advertenties
2.3
Elektrische werkzaamheden
2.4
Transport
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Atmos GIGA-NF
Veiligheid
Het personeel moet de volgende kwalificaties hebben:
ƒ
Werkzaamheden aan de elektrische installatie: werkzaamheden aan de elektrische
installatie moeten door een elektromonteur worden uitgevoerd.
ƒ
Installatie/demontage moet worden uitgevoerd door een vakman, die een oplei-
ding heeft gevolgd voor de omgang met de noodzakelijke gereedschappen en be-
vestigingsmaterialen.
Definitie „Elektromonteur"
Een elektromonteur is een persoon met een geschikte vakopleiding, kennis en ervaring,
die de gevaren van elektriciteit kan herkennen en voorkomen.
ƒ
Laat werkzaamheden aan de elektrische installatie door een elektromonteur uit-
voeren.
ƒ
Voor de aansluiting op het elektriciteitsnet moet worden voldaan aan de lokale
voorschriften en de eisen van het plaatselijke energiebedrijf.
ƒ
Het product moet voor aanvang van de werkzaamheden van het elektriciteitsnet
worden losgekoppeld en tegen onbevoegd opnieuw inschakelen worden beveiligd.
ƒ
Het personeel moet worden geïnstrueerd over de uitvoering van de elektrische
aansluiting en over de uitschakelmogelijkheden van het product.
ƒ
De technische voorschriften, zoals vermeld in deze inbouw- en bedieningsvoor-
schriften en op het typeplaatje, moeten worden opgevolgd.
ƒ
Product aarden.
ƒ
Bij de aansluiting op elektrische schakelinrichtingen moeten de voorschriften van
de fabrikant worden opgevolgd.
ƒ
Wanneer er elektronische aanloopbesturingen (bijv. soft starter of frequentie-om-
vormer) worden gebruikt, dan moeten de voorschriften voor elektromagnetische
compatibiliteit in acht worden genomen. Indien noodzakelijk moet rekening wor-
den gehouden met speciale maatregelen (afgeschermde kabels, filters enz.).
ƒ
Vervang een defecte aansluitkabel. Neem hiervoor contact op met de service-
dienst.
ƒ
Draag een beschermingsuitrusting:
–
Veiligheidshandschoenen tegen snijwonden
–
Veiligheidsschoenen
–
Gesloten veiligheidsbril
–
Veiligheidshelm (bij toepassing van hijsmiddelen)
ƒ
Gebruik uitsluitend wettelijk voorgeschreven en goedgekeurde bevestigingsmid-
delen.
ƒ
Selecteer het juiste bevestigingsmiddel op basis van de heersende omstandighe-
den (weersgesteldheid, bevestigingspunten, belasting enz.).
ƒ
Bevestig de bevestigingsmiddelen altijd aan de daartoe voorziene bevestigings-
punten (bijv. hijsoog).
ƒ
Plaats het hijsmiddel zo dat gegarandeerd is dat dit stevig staat tijdens het gebruik.
ƒ
Bij het gebruik van hijsmiddelen moet, indien nodig (bijv. bij belemmerd zicht), een
tweede persoon voor coördinatie zorgen.
ƒ
Het is verboden om zich onder een gehesen last te bevinden. Lasten mogen niet
over werkplekken worden gevoerd, waar zich personen bevinden.
Leef bij het transport en voor de installatie de volgende punten na:
ƒ
Grijp niet in aanzuig- of drukstukken of andere openingen.
ƒ
Vermijd het binnendringen van vreemde deeltjes. Laat hiervoor de beschermings-
afdekkingen of verpakking zitten totdat deze voor de opstelling verwijderd moeten
worden.
ƒ
Voor inspectiedoeleinden kunnen de verpakking of afdekkingen van de aanzuig- of
uitlaatopeningen worden verwijderd. Breng deze daarna weer aan om de pomp te
beschermen en de veiligheid te garanderen!
nl
7
Advertenties
Inhoudsopgave
