Inhoudsopgave
Advertenties
Kalibratie op het
bedieningspaneel
42
2. Noteer de gewenste waarden voor de toe- en afvoerdebieten op de sticker op de
afdekking van de warmtewisselaar voor de eenheid [m³/h].
Afb. 41: Benodigde afzuigdebieten invullen
3. Lees het betreffende drukverlies af uit de luchtstroomgrafiek op de warmtewisselaar en
noteer deze waarde voor de eenheid [Pa].
80
70
60
50
40
30
20
10
0
0
20
40
60
80
100 120 140 160 180 200 220 240
Afb. 42: Drukverlies invullen
Kalibreer de ventilatorsnelheid op het bedieningspaneel aan de voorzijde van de eenheid.
1. Houd de knop Ventilatorsnelheid (B) en de knop Week/auto (D) vijf seconden lang
ingedrukt.
A
B
C
+
5 Sek.
Afb. 43: Installatiemodus activeren
ð De leds onder de knoppen beginnen te knipperen.
ð De ventilatorsnelheid gaat naar niveau 3.
ð De eenheid bevindt zich een uur lang in de installatiemodus. In de installatiemodus
zijn de bypass, de vorstbeveiliging en de compensatie van de filtervlokking
uitgeschakeld, om een onderbreking tijdens de kalibratie te vermijden.
2. Controleer in welke bedrijfsmodus de eenheid zich bevindt (A/B). Info: De volgende
afbeelding toont P1 en P2 in bedrijfsmodus A. Een afbeelding voor de kalibratie in
bedrijfsmodus B bevindt zich op de sticker voor bedrijfsmodus B, die meegeleverd is.
INSTALLATIE- EN SERVICEHANDBOEK VOOR PROFESSIONALS
P1-P2
P3-P4
D
E
Installatie: Eerste inbedrijfstelling en kalibratie
Advertenties
Inhoudsopgave
