Stappen
1. Plaats het beeldscherm op een vlak oppervlak.
2. Schuif de beeldschermeenheid onder een hoek en plaats het systeemchassis onder de scharnieren van de beeldschermeenheid.
3. Druk de beeldschermscharnieren voorzichtig omlaag om de schroefgaten op de beeldschermscharnieren uit te lijnen met de
schroefgaten op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
4. Plaats de vier schroeven (M2.5x4) terug waarmee de beeldschermscharnieren aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid worden
bevestigd.
5. Sluit de beeldschermkabel aan op de connector op de systeemkaart.
6. Lijn de beugel van de beeldschermkabel uit en plaats deze op de beeldschermkabelconnector op de systeemkaart.
7. Plaats de twee schroeven (M2.5x4) terug waarmee de beugel van de beeldschermkabel aan de systeemkaart wordt bevestigd.
Vervolgstappen
1. Installeer de onderplaat.
2. Volg de procedure in
Nadat u in de computer hebt
34
Onderdelen verwijderen en plaatsen
gewerkt.