7 Problemen oplossen
Upgraden van oudere versies van Power Sharing
Omdat Power Sharing een functionaliteit is die werkt op onze laadstations, en niet alleen op een
enkele, moeten alle laders op dezelfde manier werken.
Daarom moet u bij het upgraden van een oudere versie van Power Sharing Smart de software van alle
laders in het netwerk bijwerken. Onze gebruikershandleidingen leggen het updateproces uit.
Lader(s) hebben een rood LED/HALO/scherm
• Na het opstarten is dit de standaard kleur op een Power Sharing Smart-net. Als het langer duurt
dan ongeveer 30 seconden, controleer dan of het net correct is geconfigureerd. Zo niet, stel
dan de netconfiguratie in en wacht 5 tot 30 seconden.
• Zorg ervoor dat de hoeveelheid laders in de configuratie de master bevat.
• Zorg ervoor dat de maximale stroom per fase correct is ingesteld en dat het hoger is dan het
minimum dat moet worden toegewezen.
Lader(s) hebben een knipperende groene LED/HALO of Commander/Commander 2 toont het
bericht "Slave niet gekoppeld met het power sharing-netwerk" in het menu Power Sharing
• Slecht contact op de CAN-communicatiekabels. Controleer of alle communicatiekabels goed
zijn aangesloten op de laders (zie sectie 2).
• Verkeerde weerstandswaarde tussen CAN-communicatielijnen. Schakel alle laders uit en meet
de elektrische weerstand tussen CAN-H en CAN-L, het moet ongeveer 60 Ohm zijn. Zo niet,
controleer dan opnieuw sectie 5.
De waarde van de weerstand tussen de communicatielijnen is anders dan 60 Ohm
• Als het hoger is komt dit doordat er slechts één lader met de weerstanden van het aansluitblok
is. Als het lager is komt dit doordat er meer dan 2 laders met weerstanden van het aansluitblok
zijn.
• Zorg ervoor dat de twee uiteinden van de lijn de "T"-schakelaar hebben (als er een schakelaar
is) geselecteerd of dat de weerstanden op de overeenkomstige laders staan (zie sectie 5).
• Als de weerstandswaarde niet rond 60 Ohm is, maar de configuratie correct is, kan een lader
de oorzaak zijn.
• Om het zoeken van het defecte apparaat te vergemakkelijken, verwijdert u de CAN-kabels
van de laders en controleert u de weerstandswaarde in elk apparaat met, indien mogelijk, de
schakelaar in T-positie.
• De T-laders moeten een weerstand van 120 Ohm hebben tussen de lijnen, terwijl de NT een
open lijn moet hebben.
25