Inhoudsopgave
Advertenties
WEERGEGEVEN BERICHT
Te fijn gemalen
Pas maalgraad aan
ESC voor annuleren
Verminder koffiedosis
ESC voor annuleren
Plaats waterafgiftegroep
Plaats melkreservoir
Sluit deurtje
Plaats zetgroep
Leeg watercircuit
Vul watercircuit
Heet water
Bevestigen?
Druk OK voor CLEAN
Knop op CLEAN
ESC voor annuleren
Draai schuimregelknop
Ontkalken
ESC voor annuleren
OK voor ontkalken
(∼45 minuten)
MOGELIJKE OORZAAK
De maalgraad is te fijn en de koffie loopt daar-
door te langzaam, of helemaal niet.
Als het verzachtingsfilter (C4) aanwezig is, zou
er sprake kunnen zijn van een luchtbel in het
circuit die de afgifte heeft geblokkeerd.
Er is te veel koffie gebruikt.
Het waterafgiftepijpje (E) is niet of niet goed
geplaatst.
Het melkreservoir (D) is niet correct geplaatst. Breng het melkreservoir stevig aan (afb. 19).
Het servicedeurtje (A14) staat open.
Na de reiniging is de zetgroep niet
teruggeplaatst.
Het hydraulische circuit is leeg.
Het melkreservoir (D) is geplaatst met de
schuimregelknop (D2) op stand CLEAN.
Er is net melk afgegeven en daarom moeten
de interne leidingen van het melkreservoir (D)
gereinigd worden.
Het melkreservoir (D) is geplaatst met de
schuimregelknop (D2) op stand CLEAN.
Geeft aan dat de machine ontkalkt moet
worden.
OPLOSSING
Herhaal de koffieafgifte en draai de regelknop
van de maalgraad (A8) (afb. 13) één klik naar
rechts in de richting van het getal 7 terwijl de
koffiemolen in werking is. Als, na het zetten
van ten minste 2 kopjes koffie, de afgifte nog
te langzaam verloopt, herhaal de correctie dan
door de regelknop nog één klik verder te draaien
(zie par. "7.4 Instelling van de koffiemolen"). Als
het probleem aanhoudt, controleer dan of het
waterreservoir (A12) goed is aangebracht.
Plaats het afgiftepijpje heet water (C) in de
machine en laat een beetje water lopen totdat
de stroom regelmatig is.
Selecteer een lichter aroma door te drukken
op
voorgemalen koffie.
Breng het waterafgiftepijpje stevig aan (afb.
6).
Sluit het servicedeurtje.
Plaats de zetgroep zoals beschreven in par.
"12.9 Reiniging van de zetgroep".
Druk op
uit het afgiftepijpje (E) stromen. Als het pro-
bleem aanhoudt, controleer dan of het water-
reservoir (A12) goed is aangebracht.
Druk, om de functie CLEAN uit te voeren, op
(B4) of draai de schuimregelknop naar
een andere stand.
Draai de schuimregelknop (D2)naar de stand
CLEAN (afb. 20).
Draai de schuimregelknop naar één van de
standen voor het regelen van de opgeschuim-
de melk.
Het ontkalkingsprogramma moet zo spoedig
mogelijk worden uitgevoerd, zoals beschreven
in hfdst. "13. Ontkalken".
23
(B4) of verminder de hoeveelheid
(B4) en laat een beetje water
→
Advertenties
Inhoudsopgave
