Inhoudsopgave
Advertenties
4. Tik op Verbonden met > Mobiele instellingen.
5. Tik op Roaming.
De naam van het toegangspunt (APN) van het
mobiele netwerk opgeven
In de meeste gevallen worden de instellingen van APN (Access Point Network) automatisch
ingesteld en hoeft u deze niet in te voeren voor de geactiveerde simkaart in uw Go 2-camera.
Als uw mobiele netwerkprovider u instrueert om de APN-instellingen in te voeren, kunt u de
Arlo-app hiervoor gebruiken.
Ga als volgt te werk om APN-instellingen in te voeren op aanwijzing van uw mobiele
netwerkprovider:
1. Open de Arlo-app.
2. Tik op Instellingen > Mijn apparaten.
3. Selecteer de camera.
4. Tik op Verbonden met > Mobiel netwerk > APN-instellingen.
Bepalen of uw Go 2-camera verbinding maakt
met mobiel of Wi-Fi
Wanneer u uw Go 2-camera instelt, wordt de mobiele netwerkverbinding eerst afgehandeld.
Vervolgens kunt u uw camera verbinden met een 2,4 GHz Wi-Fi-netwerk of de stappen voor
de Wi-Fi-verbinding overslaan. Als u een Wi-Fi-verbinding opgeeft en u klaar bent met het
instellen van uw camera, geeft uw Arlo Go 2-camera prioriteit aan het maken van verbinding
met een Wi-Fi-netwerk. Als een Wi-Fi-netwerk niet beschikbaar is, maakt de camera
verbinding met het mobiele netwerk.
Tijdens de installatie (en daarna) kunt u uw Arlo Go 2-camera verbinden met een mobiel
netwerk, Wi-Fi-netwerk of beide:
Mobiel: Voor toegang tot het mobiele netwerk heeft uw Go 2 camera een geactiveerde
•
simkaart met een mobiele-gegevensabonnement nodig. De simkaart moet in de
Go 2-camera zijn geïnstalleerd.
•
Wi-Fi: Uw camera maakt verbinding met de 2,4 GHz-band van uw Wi-Fi-netwerk wanneer
deze beschikbaar is en gebruikt de LTE-verbinding als stand-by als het Wi-Fi-netwerk
uitvalt. (Dit is een WAN-failoverscenario om ervoor te zorgen dat de camera toegang heeft
tot internet.)
LTE- en Wi-Fi-netwerkverbindingen
Arlo Go 2 LTE/WiFi Security Camera
19
Gebruikershandleiding
Advertenties
Inhoudsopgave
