Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Eindvacuüm controleren
➨ Nadat ingrepen aan het apparaat (bijv. reparatie/onderhoud) zijn uitgevoerd moet het eindvacuüm
van de pomp worden gecontroleerd.
De pomp bereikt het eindvacuüm als deze bij een omgevingsluchtdruk hoger dan 1.000 mbar abso-
luut, een maximale onderdruk van 850 mbar (8 LED's branden) en lekvrije apparaten uitschakelt.
Wanneer de pomp na het onderhoud het aangegeven eindvacuüm niet bereikt:
-
De pomp bereikt de aangegeven waarden van het eindvacuüm na het vervangen van membraan en
ventiel pas nadat de pomp meerdere uren heeft gedraaid.
-
Wanneer de pomp ongewone geluiden ontwikkelt, de pomp onmiddellijk uitschakelen en de toestand
van de spanring controleren.
Wanneer de waarden na het vervangen van membraan en ventiel ver van de gespecificeerde waarde
liggen en door het inlopen geen verandering optreedt:
ventielzittingen en pompruimten opnieuw controleren.
Wanneer de vulpeilsensor na het verwisselen van membraan en ventielen een vals alarm geeft, moet
een instelling worden uitgevoerd, zie "Instelling van de vulpeilsensor op een nieuwe fles of bij vals
alarm".
Het document mag alleen compleet en ongewijzigd gebruikt en doorgegeven worden. De gebruiker heeft de verantwoordelijkheid
te controleren of dit document geldig is voor zijn product.
Pagina 53 van 60
De fles in de houder zetten.
Al naargelang de uitvoering de slang op de slangkoppe-
ling steken of op de of snelkoppeling losdraaien.
➨ De haakse schroefverbinding met geluiddemper in de uit-
laat van de pomp schroeven (max. 5 omwentelingen).
➨ Het aan de pompbehuizing bevestigde rooster verwijde-
ren.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Bvc control gBvc professionalBvc professional g

Inhoudsopgave