6.4.4
Mobiele natte opstelling
WAARSCHUWING
Gevaar voor verbranding aan hete opper-
vlakken!
Het motorhuis kan tijdens het bedrijf heet worden.
Er bestaat gevaar voor brandwonden. Laat de pomp
na het uitschakelen afkoelen tot de omgevingstem-
peratuur!
WAARSCHUWING
Afscheuren van de drukslang!
Door het afscheuren of wegslaan van de drukslang
kan er (ernstig) letsel ontstaan. Bevestig de
drukslang op een veilige wijze op de uitlaatopening!
Voorkom het knikken van de drukslang.
LET OP
Transportproblemen door te laag waterpeil
Het hydraulische systeem is zelfontluchtend. Daar-
door worden kleinere luchtbuffers tijdens het pom-
pen opgelost. Wanneer het niveau van het trans-
portmedium te ver daalt, kan de transportstroom
worden onderbroken. Het toegestane minimumwa-
terniveau is gelijk aan de bovenkant van de hydrauli-
sche behuizing!
Voor de transporteerbare opstelling moet de pomp van
een pompvoet worden voorzien. De pompvoet garan-
deert de vereiste minimumbodemvrijheid alsmede een
veilige opstelling op vaste ondergrond. Dankzij deze
opstellingswijze kan de pomp op een plaats naar keuze
in de bedrijfsruimte/opstellingplaats worden gepositio-
neerd. Bij opstellingsplaatsen met een zachte onder-
grond moet een harde grondplaat worden gebruikt om
inzakken te voorkomen. Aan de perszijde wordt een
drukslang aangesloten. Als de pomp wordt gebruikt
voor langere bedrijfsperioden, moet deze vast op de
bodem worden bevestigd. Daarmee worden trillingen
voorkomen en een rustige en slijtvaste werking gega-
randeerd.
VOORZICHTIG! Als de motor tijdens het bedrijf boven
water komt, moet de bedrijfssituatie voor niet-on-
dergedompeld bedrijf (S2-15, S3 10 %*) worden ge-
volgd!
* Als voorafgaand aan het opnieuw inschakelen de ver-
eiste koeling van de motor is gegarandeerd, is de be-
drijfssituatie S3 25 % toegestaan! De motor moet ge-
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Rexa FIT
Installatie en elektrische aansluiting
durende ten minste 1 min volledig zijn ondergedom-
peld, om de vereiste koeling te garanderen!
Stappen
4
2
Fig. 6: Natte opstelling; transporteerbaar
1
Pompvoet
2
Bochtstuk met slangaansluiting of vaste Storzkoppeling
3
Storz-slangkoppeling
4
Drukslang
5
Hijsmiddel
6
Bevestigingspunt
‡ Pompvoet gemonteerd.
‡ Persaansluiting voorbereid: bochtstuk met slangaan-
sluiting of bochtstuk met vaste Storzkoppeling gemon-
teerd.
1. Bevestig het hijsmiddel met een harp aan het bevesti-
gingspunt op de pomp.
2. Hijs de pomp op en plaats deze op de bedoelde be-
drijfslocatie (pompput, gat).
3. Plaats de pomp op een vaste ondergrond. VOORZICH-
TIG! Inzakken moet worden voorkomen!
4. Installeer de drukslang en bevestig deze op de voorge-
schreven plaats (bijv. afvoer). GEVAAR! Het afscheuren
of wegslaan van de drukslang kan tot (ernstig) letsel
leiden! Bevestig de drukslang op een veilige wijze op
de uitlaatopening.
5. Installeer de spanningskabel op een vakkundige wijze.
VOORZICHTIG! Beschadig de spanningskabel niet!
▶ De pomp is geïnstalleerd; nu kan de elektromonteur de
elektrische voeding aansluiten.
6.4.5
Niveauregeling
Met een niveauregeling worden de actuele vulniveaus
vastgesteld en wordt de pomp, afhankelijk van de vul-
niveaus, automatisch in- en uitgeschakeld. Het vast-
nl
5
6
S1
3
S2 / S3
1
17