Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Speciale Parameters - Hertek Penta 5000 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Penta 5000:
Inhoudsopgave

Advertenties

• STAND: de parameter STAND geeft aan of het systeemdeel —o.a. melder, toets
signaalgever, sturing, nevenindicator, circuit — is uitgeschakeld.
• STATUS:
systeemdeel.
In de lijsten met ingangen, wordt voor de melders en intelligente signaalgevers met
de parameter status weergegeven in welke bedrijfstoestand —o.a. brand alarm, voor-
alarm, test-alarm, of het soort storing— het systeemdeel is.
In de lijsten met uitgangen, wordt voor de uitgangen —o.a. signaalgever, sturing,
nevenindicator — met de parameter status weergegeven of de uitgang geactiveerd is
—AAN— of niet geactiveerd is —UIT—.
• WAARDE: de parameter STAND toont de door het systeemdeel actueel gemeten
waarde.
Voor intelligente elementen —o.a. melders en signaalgevers— , geeft de parameter de
door het element gemelde analoge waarde —gedigitaliseerde meetwaarde— weer.
Voor toetsen en schakelaars, geeft de parameter de stand —H = gesloten/gedrukt, L
= open/ niet ingedrukt— van de toets of schakelaar weer.
Voor de overige systeemdelen wordt hier een gemeten waarde intelligente elementen
—o.a. melders en signaalgevers— , geeft de parameter de door het element gemelde
analoge waarde —gedigitaliseerde meetwaarde— weer.
• TYPE: de parameter TYPE toont het type systeemdeel. De tabel toont de meest
voorkomende typen:
ION. MELDER
OPTI. MELDER
MULTI.SENSOR
TEMP. MELDER
HANDMELDER
VLAMMEN MLDR
CO MELDER
CO MULTI
SWITCH MON.
ZONE MONITOR
• SECTOR: alle systeemdelen binnen het Penta 5000 Brandmeldsysteem kunnen worden
toewezen aan een sector. Elke sector heeft zijn eigen bediendelen voor bediening en
weergave. Met hoofd bediendelen kan het hele brandmeldsysteem bediend worden.
Op deze manier kan bouwdeel afhankelijke bediening en weergave worden
gerealiseerd. De parameter sector toont aan welke sector een systeemdeel is
toegewezen.
In de lijsten met systeemdelen —ingangen en uitgangen— kunnen de volgende speciale
parameters weergegeven worden:
• KIEZEN: in het menu uitschakelen – groepen en inschakelen - groepen geeft de
parameter aan of de betreffende uitschakelgroep is gemarkeerd ( OK ) om in/uit te
schakelen of niet gemarkeerd ( — ) is.
• TEST STATUS: in het menu TEST – ZONE geeft de parameter aan of de betreffende
zone is in test staat ( IN TEST) of niet in test ( — ) is.
70
de
parameter
STATUS
Ionisatie rookmelder
Optische rookmelder
Multi Sensor melder
Temperatuur melder
Handbrandmelder
Vlammen melder
CO brandmelder
CO – Temperatuur
Multi Sensor melder
Switch monitor unit
(externe contacten)
Zone monitor
(conventionele melderlijn)

Speciale Parameters

Gebruikershandleiding Penta 5000 Brandmeldsysteem BGB036.02
Verklarende woorden en begrippenlijst
toont
de
actuele
bedrijfstoestand
SIGNAALGEVER
FLITSLICHT
ONBEKEND EL.
DUBBEL ADRES
RELAIS
INGANG
SCHAKELAAR
STROOM
SPANNING
van
een
Intelligente sirene of
sirene-flitslicht combi
Intelligent Flitslicht
Onbekend type
Meerdere elementen
met zelfde adres
Sturing
Ingang circuit
Toets op bediendeel
Stroom meting circuit
Spanning meting
circuit

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Penta 5030

Inhoudsopgave