ACCU-INFORMATIE
4.2 Gebruik van de laadaansluiting van het voertuig:
•
Sluit de accu's aan op de juiste accukabel en sluit de accuklep.
•
Sluit de stroomkabel van de lader aan op een stopcontact.
•
Sluit de andere kant van de voedingskabel van de lader aan op de laadaansluiting in de buddybak.
5. Sluit de andere kant van het voedingskabel van de lader aan op de accu.
6. Tijdens het opladen is het indicatielampje op de lader ROOD. Wanneer het opladen is voltooid, wordt het
indicatielampje GROEN.
De eerste keer de accu laden
Haal de accu uit het accu compartiment wanneer u de accu voor de eerste keer laad.
Verbind de lader eerst met een 220V stopcontact en daarna pas met de accu.
Laad de accu de eerste keer op tot 100%, controleer de LED op de lader.
Herhaal deze stappen iedere keer als u uw accu laadt. De accu werkt optimaal na 4 of 5 laadcycli.
LET OP
•
Gebruik alleen de lader die bij uw elektrische scooter is geleverd om schade aan de accu te voorkomen.
•
Laad de accu regelmatig op en vermijd "diepontlading". Houd het accuniveau tussen 20% en 80% voor een maximale levensduur van
de accu.
•
Laad de accu 5-7 uur op, afhankelijk van de gebruiksfrequentie. Dagelijks opladen wordt aanbevolen om ervoor te zorgen dat uw
voertuig vol
vermogen heeft en op elk moment kan worden gebruikt.
•
Vermijd het gebruik van uw elektrische scooter wanneer de accu-indicator op één streepje staat.
25
NL