Aansluitingen
■ Namen van aansluitingen
7 Zekering (25A)
8 Spanningsaansluiting (BATT)
9 Aarde-aansluiting (GND)
0 Aansluiting voor stroomregeling (P.CON)
Hiermee wordt de eenheid aan- en uitgezet
(ON/OFF).
OPMERKING
Hiermee wordt de stroomvoorziening naar de
eenheid geregeld. Let erop dat deze op alle
systemen wordt aangesloten.
! SPEAKER OUTPUT aansluitingen
• Stereo-aansluitingen:
Als u de eenheid als een stereo-versterker
wilt gebruiken dienen stereo-aansluitingen te
worden gebruikt.
De aan te sluiten luidsprekers dienen een
impedantie van tenminste 2 Ohm te hebben.
Als er meerdere luidsprekers moeten
worden aangesloten, dient de gezamenlijke
impedantie van elke kanaal tenminste 2 Ohm
te bedragen.
• Overbruggingsaansluitingen:
WAls u de eenheid als een hoogvermogens
mono-versterker wilt gebruiken dienen er
overbruggingen te worden aangebracht.
(Maak de aansluitingen op het LINKER
kanaal 9 en het RECHTER kanaal · van de
luidsprekeraansluitingen (SPEAKER OUTPUT).)
De aan te sluiten luidsprekers dienen
een impedantie van tenminste 4 Ohm te
hebben. Als er meerdere luidsprekers moeten
worden aangesloten, dient de gezamenlijke
impedantie van elke kanaal tenminste 4 Ohm
te bedragen.
18
Nederlands
7 8
9 0
!
@
#
$
LET OP
2
Het nominale ingangsvermogen van de
luidsprekers mag niet minder dan het maximale
uitgangsvermogen van de versterker zijn. Het
systeem zal niet juist funktioneren indien dit niet
het geval is.
@ LINE IN aansluiting (A.ch/B.ch)
# RCA kabelaardedraadaansluiting (GND)
Bij gebruik van een RCA kabel met een
aardedraad, dient u de aardedraad met deze
aansluiting te verbinden.
$ SPEAKER LEVEL INPUT aansluiting
OPMERKING
• De originele stereo-installatie dient een
uitgangsvermogen van maximaal 40W te
hebben.
• Sluit geen luidsprekeruitgangssnoeren van
een eindversterker (los verkrijgbaar) aan op
de luidsprekeringangsaansluitingen van dit
toestel daar dit storing of beschadiging kan
veroorzaken.
• Sluit geen kabels en snoeren aan op zowel de
RCA tulpstekkeringangsaansluitingen en luids
prekeringangsaansluitingen tegelijkertijd, daar
dit storing en beschadiging kan veroorzaken.
• Sluit de voedingskabel aan op een
voedingsbron die aan en uit kan wordt
geschakeld middels het kontaktslot (ACC
leiding). In geval van een dergelijke aansluiting
kan er schakelstoring worden opgewekt als de
originele stereo-installatie van de wagen aan
en uit wordt geschakeld.