2.
Uit: het beeld wordt geprojecteerd met de oorspronkelijke resolutie. Bij
ingangssignalen met een lagere resolutie, worden de beelden kleiner weergegeven dan
op een volledig scherm. Indien nodig past u de zoominstellingen aan of plaatst u de
projector dichter bij het scherm, zodat het beeld wordt vergroot. Wellicht dient u
hierna ook de scherpstelling van de projector aan te passen.
3.
16:9: past het beeld aan zodat het in het midden van het scherm wordt weergegeven in
een beeldverhouding van 16:9.
Het beeld optimaliseren
Om het beeld te optimaliseren, gebruikt u de knoppen op de projector of op de
afstandsbediening om de beeldinstellingen rechtstreeks aan te passen, of om de instellingen
op het schermmenu (OSD) te wijzigen. Zie
informatie over de werking van schermmenu's.
De volgende instructies zijn optioneel. U hoeft niet elke stap uit te voeren. Dit is afhankelijk
van de gewenste beeldkwaliteit.
Keystone (Trapezium) corrigeren
Een trapeziumfout doet zich voor wanneer het geprojecteerde beeld aan de onder- of
bovenkant duidelijk breder is. Dit doet zich voor als de projector niet loodrecht op het
scherm staat.
U dient dit te corrigeren door niet alleen de
projectiehoek van de projector aan te passen, maar
door ook handmatig EEN van de volgende stappen uit
te voeren.
•
Druk op
afstandsbediening om de statusbalk Keystone
(Trapezium) weer te geven. Druk op
om het trapeziumeffect aan de bovenkant van
het beeld te corrigeren. Druk op
trapeziumeffect aan de onderkant van het beeld
te corrigeren.
•
Druk op MENU op de projector of de
afstandsbediening. Ga naar
waarden aan door op
drukken.
Links/
Rechts op de projector of
Links om het
Weergave > Keystone (Trapezium) en pas de
Links/
Rechts op de projector of afstandsbediening te
"De menu's gebruiken" op pagina 43
Rechts
voor meer
Bediening
35