NL
Bij contact met een spanningsvoerende leiding komen
ook metalen onderdelen van het elektrische apparaat
onder spanning te staan, wat een elektrische schok
veroorzaakt.
► Houd het netsnoer uit de buurt van bewegende toe-
passingsgereedschappen.
Als u de controle over het elektrische apparaat verliest,
kan het netsnoer worden doorgesneden of vastgegre-
pen.
► Reinig regelmatig de ventilatieribben van uw elek-
trische apparaat.
De motorventilator trekt stof in de behuizing, wat tot
ernstige ophoping van metaalstof en elektrische geva-
ren kan leiden.
► Gebruik het elektrische apparaat niet in de buurt
van brandbare materialen. Deze materialen kunnen
ontbranden door de vonken.
Gebruik geen toepassingsgereedschap dat vloeibare
koelvloeistof nodig heeft. Het gebruik van water of
andere vloeibare koelvloeistoff en kan elektrische schok
tot gevolg hebben.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
Draag een veiligheidsbril.
► Gebruik het elektrische apparaat niet als het sno-
er beschadigd is.! Raak het beschadigde snoer
niet aan en haal de netstekker eruit als het snoer
tijdens het werk beschadigd raakt.
Beschadigde snoeren verhogen het risico op
elektrische schok.
Lawaai-/trillingsgegevens
Draag gehoorbescherming
Gemeten waarden, bepaald volgens EN 60745
36
Het A-beoordeelde geluidsniveau van het apparaat
is doorgaans:
Geluidsniveau..............................................dB(A)
Geluidsvermogensniveau............................dB(A)
Onzekerheid................................................K= dB
Waarschuwing
Draag gehoorbescherming!
Totale slingerwaarde (vectorsom van drie richtingen)
Bepaald volgens EN 60745:
Trillingsemissiewaarde ...............................ah = < 2,5 m/s²
Onzekerheid ...............................................K = +/- 1,5 m/s²
3.0 Montage
► Voorbereiding voor transport:
Verwijder alle gewichten.
Het laden en lossen van de machine via oprijplaten
moet altijd achterwaarts worden uitgevoerd om te voor
komen dat de aandrijfwielen omslaan.
De maximale hellingshoek van de oprijplaten bedraagt
15°.
3.1 Montage/demontage van de extra gewichten
► Er kunnen 1 - 4 extra gewichten (15) op het
slagmechanisme gemonteerd worden. Een extra
gewicht weegt 22 kg.
Het extra gewicht (15) wordt op het frame van het
slagmechanisme geplaatst en door de stergreep-
schroeven (2x pos. 5) vastgezet.
De positionering van de gewichten vindt plaats via de
boorgaten (26) in het frame resp. via de verdieping in
het daaronder liggende gewicht en de tappen op het
opgelegde gewicht.
Let erop dat de plaatsing van het volgende gewicht niet
wordt belemmerd door de stergreepschroef.
► De extra gewichten (1) van de aandrijfeenheid
worden eveneens met de stergreepschroef (5)
bevestigd en via de boorgaten in het frame van
de aandrijfeenheid vastgeschroefd.
Trek alle stergreepschroeven stevig vast met de
meegeleverde sleutel, afb. F, om onnodige trillin
gen te voorkomen.
109
121
+/- 1,5