Er klinkt een signaal en er verschijnen
indicatoren boven
3. Druk op .
activeren.
Er klinkt een signaal en er verschijnen
indicatoren boven het symbool.
4. Beweeg het kookgerei naar behoefte
heen en weer op de kookzone.
Het warmte-instellingsniveau op de
regelbalk wordt automatisch aangepast.
5. Om de standaard warmte-
instellingsniveaus te wijzigen,
verplaats je het kookgerei naar het
gebied dat je als eerste wilt
aanpassen.
6. Druk op een van de beschikbare
warmte-instellingsniveaus op de
bedieningsbalk linksvoor.
De bijgewerkte warmte-instellingsniveaus
worden onthouden voor de volgende
keer dat je de functie gebruikt.
8. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Pannen
Voor inductiekookzones
creëert een sterk
elektromagnetisch veld de
hitte in de pannen zeer snel.
Gebruik de inductiekookzones met
geschikte pannen.
• De bodem van de pannen moet zo dik
en vlak mogelijk zijn.
• Zorg ervoor dat bodems schoon en
droog zijn voordat de pannen op de
kookplaat worden gezet.
• Schuif of wrijf de pan niet over het
keramische glas, om krassen te
voorkomen.
Panmaterialen
• goed: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse
bodem (aangemerkt als geschikt door
de fabrikant).
• niet goed: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
en
.
om de functie te
7. Herhaal zo nodig de procedure voor
de overige kookzones.
8. Om de functie uit te schakelen, druk
je op
. Je kunt ook op 0 drukken op
de bedieningsbalk linksvoor.
Er klinkt een signaal en het
indicatielampje boven het symbool
verdwijnt. Het warmte-instellingsniveau
verandert in 0.
Je kunt een timer instellen terwijl
PowerSlide in werking is. In dit geval
schakelt de timer de kookzones niet uit
als de ingestelde tijd is verstreken. De
timer beïnvloedt alle drie de kookzones
die tegelijkertijd door de functie worden
geactiveerd.
Een pan is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
• water op de hoogste kookstand
binnen korte tijd wordt verwarmd,
• een magneet op de onderkant van het
kookgerei plakt.
Afmetingen van pannen
• Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
afmetingen van pannen aan.
• De efficiëntie van de kookzone hangt
samen met de diameter van de pan.
Pannen met een diameter kleiner dan
het minimum ontvangen slechts een
deel van het vermogen dat door de
kookzone wordt gegenereerd.
• Gebruik zowel om veiligheidsredenen
als voor optimale kookresultaten geen
pannen groter dan aangegeven in de
kookzonespecificaties. Zorg ervoor
dat pannen tijdens het koken niet
dicht bij het bedieningspaneel blijven.
Dit kan invloed hebben op de werking
van het bedieningspaneel of
onbedoeld de kookplaatfuncties
activeren.
Raadpleeg de technische
gegevens.
NEDERLANDS
23