restwarmte voor de kookzones die je
momenteel gebruikt.
Het indicatielampje kan ook verschijnen:
• voor de aangrenzende kookzones,
zelfs als je ze niet gebruikt,
• als er heet kookgerei op de koude
kookzone wordt geplaatst,
• als de kookplaat is uitgeschakeld,
maar de kookzone nog heet is.
Het indicatielampje verdwijnt als de
kookzone is afgekoeld.
6.5 Timer
Timer met aftelfunctie
Gebruik deze functie om aan te geven
hoelang een kookzone moet werken
tijdens een enkele kooksessie. Je kunt
de functie voor de afzuigkap afzonderlijk
instellen. Zie "Kantelfuncties".
1. Druk op
. 00 verschijnt op het
timerdisplay.
2. Druk op
of
stellen (00-99 minuten).
3. Druk op
om de timer te starten of
wacht 3 seconden. De timer begint af
te tellen.
Om de tijd te wijzigen: selecteer de
kookzone met
en druk op
Om de functie uit te schakelen:
selecteer de kookzone met
op
. De resterende tijd telt terug naar
00.
De timer stopt met aftellen, er klinkt een
signaal en 00 knippert. Schakelt de
kookzone uit. Druk op een willekeurig
symbool om het signaal te stoppen en te
knipperen.
Kookwekker
1. Druk op
.
2. Druk op
of
stellen.
De timer stopt met aftellen, er klinkt een
signaal en 00 knippert. Druk op een
willekeurig symbool om het signaal te
stoppen en te knipperen.
om de tijd in te
of
.
en druk
om de tijd in te
Om de functie uit te schakelen: druk
op
en
. De resterende tijd telt terug
naar 00.
6.6 Stroommanagement
Als er meerdere zones actief zijn en het
verbruikte vermogen de limiet van de
stroomtoevoer overschrijdt, verdeelt deze
functie het beschikbare vermogen tussen
alle kookzones. De kookplaat regelt de
warmte-instellingen om de zekeringen
van de installatie in het huis te
beschermen.
• Kookzones zijn gegroepeerd volgens
de locatie en het aantal fasen van de
kookplaat. Elke fase heeft een
maximale elektriciteitslading van . Als
de kookplaat de limiet van het
maximaal beschikbare vermogen
bereikt binnen een fase, wordt het
vermogen van de kookzones
automatisch verlaagd.
• De warmte-instelling van de als eerste
gekozen kookzone heeft altijd
prioriteit. Het resterende vermogen
wordt verdeeld tussen de andere
kookzones volgens de volgorde van
selectie.
• Voor kookzones met verminderd
vermogen knippert het
bedieningspaneel tweemaal en toont
de maximaal mogelijke warmte-
instellingen.
• Wacht totdat het display stopt met
knipperen of verlaag de kookstand
van de laatst geselecteerde
kookzone. De kookzones blijven
werken met de verlaagde warmte-
instelling. Wijzig indien nodig
handmatig de warmte-instellingen van
de kookzones.
• De afzuigkap is altijd beschikbaar als
elektrische belasting.
Zie de afbeelding voor mogelijke
combinaties waarin vermogen over de
kookzones kan worden verdeeld.
NEDERLANDS
15