Diagnose en reparatie
78
8.6
Reparaties aan de totale meetplaats
8.6.1
Troebelheidsmeetversterker
MDe sensoren CUS 31 en CUS 41 kunnen
niet worden nagebootst (gesimuleerd) omdat
deze de totale meetwaardeverwerking bevat-
ten en alle meetwaarden via een digitale inter-
face RS485 naar de CUM 223 / 253 worden
overgedragen. Daarom is voor de test van de
meting een correct functionerende sensor no-
dig.
Procedure voor testen meetplaats:
• controleer door het indrukken van bijv. de
PLUS-toets, of het instrument bedienbaar
is en het display overeenkomstig reageert.
• Controleer de stroomuitgangen met de
stroomsimulatie (veld O22).
Reiniging front instrument
Gebruik voor de reiniging van het front van
het instrument alleen standaard reinigingsmid-
del.
Het front van het instrument is bestand tegen
de volgende reinigingsmiddelen (conform
testmethode DIN 42 115):
• Isopropanol
• Verdunde zuren (3-%ig)
• Verdunde logen (5-%ig)
• Ester
• Koolwaterstoffen
• Ketonen
• Huishoudelijke schoonmaakmiddelen
8.6.2
Troebelheidssensoren CUS 31/41
De sensoren CUS 31 / 41 hebben een eigen
digitale signaalverwerking en communiceren
met de troebelheidsmeetversterker via een in-
terface RS 485. Alle sensorgegevens (default-
kalibratiedata en klant-kalibratiedata) zijn in
de sensor zelf permanent opgeslagen.
Uitvoerige informatie omtrent deze sensoren
vindt u in de Technische inforamatie
troebelheidssensor TurbiMax W CUS 31 / CUS
31-W TI 176C/07/de resp. in de Technische In-
formatie vaste stof gehalte sensor TurbiMax
W CUS 41 / CUS 41-W TI 177C/07/de.
Liquisys M CUM 223 / 253
• Meet de sensor-bedrijfsspanning:
ca. 10 ... 16 V klem 87 (+) en 88 (–).
• De oorzaak voor een foutieve spanning
kan zowel in het instrument als aan de sen-
sor liggen. Daarom als volgt verder gaan
• Nieuwe of andere sensor aansluiten.
– Wanneer functie nu OK -> sensor
defect.
– Is sensorbedrijfsspanning nog altijd
te laag -> voedingsmodule LSGA/
LSGD vervangen (pos. 10 / 20,
let op benodigde uitvoering).
• Sensorspanning OK, echter ook met nieu-
we sensor geen troebelheidsmeting:
-> meetversterkermodule MKT1 vervangen.
Opgelet!
Gebruik geen geconcentreerde mi-
nerale zuren of logen, benzylalcohol,
methyleenchloride en hogedruk
stoom heter dan 100 °C.
Let bij het vervangen van een sensor op het
volgende:
• Vervangen van een sensor CUS 31-xxA
of CUS 41
Alle kalibratiedata zijn in de sensor opge-
slagen. Bij gebruik van de originele data-
set (»read only«) is na het vervangen van
de sensor geen kalibratie noodzakelijk. Me-
diumspecifieke kalibraties moeten worden
herhaald.
• Vervangen van een sensors CUS 31-xxE
of CUS 31-xxS
Alle default-kalibratiedata zijn in de sensor
opgeslagen, sensor en armatuur zijn sa-
men gekalibreerd. Voor toepassing met zui-
ver of puur water is geen verdere kalibratie
nodig, wanneer sensor en armatuur ge-
meenschappelijk zijn vervangen. De kali-
bratiedata van de sensor worden
automatisch overgedragen aan de meet-
versterker.
Endress+Hauser