Inhoudsopgave
Advertenties
Instrumentconfiguratie
Voorbeeld voor aanwij-
Fig. 5.1
zing in de setup-modus
Fig. 5.2
Functiecodering
22
5
Instrumentconfiguratie
Na het inschakelen (aansluiting op voedings-
spanning) doorloopt het instrument een zelf-
test en gaat aansluitend over in de meetmo-
dus.
Nu kan de eerste configuratie en kalibratie
worden uitgevoerd. De door de gebruiker in-
gestelde waarden blijven ook bij uitval van de
voedingsspanning behouden.
De volgende functiegroepen zijn in de Liquisys
M aanwezig (de functiegroepen die alleen bij
het Pluspakket beschikbaar zijn, zijn in de func-
tiebeschrijvingen overeenkomstig gemarkeerd):
Alarmverz
A2(3)
A2(2)
A
A1
A2(1)
Setup-modus
SETUP 1 (A)
SETUP 2 (B)
STROOMUITGANG (Z)
STROOMUITGANG (O)
ALARM (F)
CHECK (P)
RELAIS (R)
CONCENTRATIE (K)
SERVICE (S)
E+H Service (E)
INTERFACE (I)
Kalibratie- en Offset-modus
KALIBRATIE (C)
OFFSET (V)
STIJGING (N)
Functiecodering.
De getoonde code staat voor
de functiepositie binnen de
s
2
functiegroep.
F3
Aanvullende informatie
Om de gebruiker de keuze en het vinden van
MATRIX.CDR
functiegroepen en functies te vergemakkelij-
ken, is bij iedere functie een codering voor
A231
A232
het betreffende veld gegeven. De opbouw
van deze codering is in fig. 5.2 weergege-
A221
ven. In de eerste kolom zijn de functiegroe-
pen als letters weergegeven (zie coderingen
groepen).De functies in de afzonderlijke groe-
pen worden per regel en kolom naar boven
geteld.
Liquisys M CUM 223 / 253
zie par. 5.2.1
zie par. 5.2.2
zie par. 5.3
zie par. 5.4
zie par. 5.5.1
zie par. 5.5.2
zie par. 6.1
zie par. 5.6
zie par. 5.7
zie par. 5.8
zie par. 5.9
zie par. 5.10
zie par. 5.11
zie par.
Endress+Hauser
DISPLAY4.CDR
Advertenties
Inhoudsopgave
