5
Montage
Het product wordt stroomopwaarts van de brander geïnstalleerd.
Het product mag boven of onder het maximale niveau van de tank worden
ingebouwd.
5.1
Bepaling van de dwarsdoorsnede van de zuigleiding
Bij de omschakeling van tweestrengs-installaties naar enkelstrengs-bedrijf
zakt de stroomsnelheid van de brandstof in de zuigleiding.
Zorg ervoor dat de dwarsdoorsnede van de zuigleiding aan DIN 4755-2
(stroomsnelheid 0,2 - 0,5 m/s) voldoet om een concentratie van lucht in
hoger gelegen bereiken van de leidingen en dalende stukken te voorko-
men (uitschakeling door storing).
Houd altijd rekening met de specificaties van de systeemfabrikant.
5.2
Bepaling van de lengte van de zuigleiding
Bij de maximaal mogelijke lengte van de zuigleiding mag de zuigdruk niet
hoger zijn dan -0,4 bar.
5.2.1
Maximale lengte zuigleiding met stijgende leiding
Montage
A
1. Verwijder alle terugslag-
kleppen op de tank en in
de buurt van een zelfslui-
tende zuigleiding (A).
Flow-Control
NL
11