Bij het gebruik van een kabelhaspel
moet u de kabel volledig uitrollen.
De kabeldiameter van de gebruikte
kabel moet 1,5 mm
2
bedragen.
8
Plaats het apparaat altijd parallel op de
te reinigen vloer. Bepaal de voor u aan-
genaamste en doeltreffendste werk-
hoek en stel vervolgens de in 5 standen
vergrendelbare beschermkap (P) in
zodat de rubberen omranding net
boven de vloer ligt.
Vergewis u ervan dat het te reinigen
oppervlak vrij is van voorwerpen zoals
stenen, schroeven enz. die omhoog kun-
nen worden geslingerd.
9
Sluit het apparaat met de verleng kabel
aan op een stopcontact (230 V wissel-
stroom).
LET OP
VERWONDINGSGEVAAR DOOR ROTE-
REND BORSTEL-GEREEDSCHAP!
Start het apparaat nooit in gekantelde
positie!
Start of activeer het apparaat niet
wanneer er zich derden in het geva-
rengebied bevinden.
Houd handen en voeten uit de
buurt van het roterende borstel-
gereedschap!
Gebruik
het
borstelgereedschap
nooit wanneer er personen, vooral
kinderen of dieren in de buurt zijn!
Gebruik het apparaat nooit in de
regen.
10
U kunt het toerental van de borstel
regelen door het toerental met instel-
wiel (S) in te stellen.
Aanbevelingen snelheid voor GLORIA borstels
Positie 1-2
zachte borstel (wood borstel)
Positie 3-4
harde borstel (stone borstel)
Positie 5-6
Voegenborstel (staalborstel)
11
Houd het apparaat goed vast aan het hand-
vat (A) en de extra handgreep (F), en scha-
kel het apparaat in. Als u het gereedschap
wilt inschakelen, eerst de inschakelblokke-
ring (B) indrukken en ingedrukt houden.
Druk vervolgens de aan/uit-veiligheids-
knop (E) in en houd deze ingedrukt.
Laat de aan-/uit-veiligheidsknop (E)
onmiddellijk los bij werkonderbrekin-
gen of gevaar.
6.1.1 Montage van borstelgereed-
schap
Afbeeldingen 12 - 20
LET OP
VERBRANDINGSGEVAAR DOOR HETE
APPARAATONDERDELEN!
Bij montage of ombouwwerkzaamhe-
den kunnen de aandrijfonderdelen van
het apparaat of componenten nog erg
heet zijn en brandwonden veroorzaken.
Respecteer
daarom
veiligheids aanwijzingen:
Draag veiligheidshandschoenen bij
de montage!
Demontage van oppervlakteborstel met
aansluitende montage van de voegenborstel
Schakel het apparaat uit en haal de
stekker van stroomkabel (D) uit het
stopcontact.
12
Open de vergrendeling (L)
geleidingsarm (N), zoals afgebeeld.
13
Haal de geactiveerde vergrendeling (L)
van de geleidingsarm (N) en vervolgens
de oppervlakteborstel (O).
14
Open nu de vergrendeling (L)
aandrijfarm (Q), zoals afgebeeld, en ver-
wijder bij geactiveerde vergrendeling (L)
de aandrijfarm (Q) met beschermkap (P).
De oppervlakteborstel is nu met succes
gedemonteerd.
15
Steek het geleidewiel (J), zoals afge-
beeld, op de geleidingszijde van de
motor-/overbrengingseenheid(M).
Schuif nu de vergrendeling (L) in de
geopende stand
druk het geleidewiel (I) verder op de
opname-as tot aan de aanslag. Laat de
veerondersteunde vergrendeling (L)
los. Het geleidewiel (J) is geblokkeerd
51
de
volgende
van de
van
, houd deze vast en