Bedienings- & achterpaneel
6 C-R OUT-aansluitingen
Dit zijn impedantiegebalanceerde steekpluguitgangsaanslui-
tingen. Deze aansluitingen voeren het gemixte signaal uit waar-
van het niveau is aangepast met de C-R/PHONES-regelaar. De
uitvoer is in stereo (L en R). Deze aansluitingen worden ge-
woonlijk gebruikt om een monitorsysteem op aan te sluiten.
Het signaal dat via deze aansluitingen wordt afge-
OPMERKING
luisterd wordt geselecteerd met de niveaumeter-
signaalschakelaars en de kanaal-PFL-schakelaars.
7 SEND-aansluitingen
• AUX1, AUX2
Dit zijn impedantiegebalanceerde steekpluguitgangsaanslui-
tingen. Deze aansluitingen voeren het signaal van respec-
tievelijk AUX1 en AUX2 uit. U gebruikt deze aansluitingen,
bijvoorbeeld, om een effectprocessor of een monitorsysteem
voor op het podium op aan te sluiten.
• EFFECT
Dit is een impedantiegebalanceerde steekpluguitgangsaan-
sluiting dat het signaal van de EFFECT-bus uitvoert. U ge-
bruikt deze aansluiting, bijvoorbeeld, om op een externe
effectprocessor aan te sluiten.
8 RETURN L (MONO), R-aansluitingen
Dit zijn ongebalanceerde steekplugingangsaansluitingen. Het
signaal ontvangen via deze aansluitingen wordt naar de
STEREO-bus gezonden en naar de AUX1- en AUX2-bussen.
Deze aansluitingen worden gewoonlijk gebruikt om een
retoursignaal van een externe effectprocessor (reverb, delay,
enz.) te ontvangen.
Deze aansluitingen kunnen ook worden gebruikt als
OPMERKING
een extra stereo-ingang. Als u alleen iets op de
L(MONO)-aansluiting aansluit, zal de mixer het
signaal als zijnde mono herkennen en zal deze het-
zelfde signaal op zowel de L- als de R- aansluiting
toepassen.
Pinconfiguraties
MIC INPUT, ST OUT
LINE INPUT (mono kanalen),
GROUP OUT, ST OUT, C-R OUT,
AUX1, AUX2, EFFECT*
INSERT I/O
PHONES
RETURN,
LINE INPUT (stereo kanalen)
* Deze aansluitingen zullen de aansluiting van monosteekpluggen accepteren. Als u monosteekpluggen gebruikt, wordt de aansluiting ongebalanceerd.
MG16/6FX
24
9 REC OUT (L, R)-aansluitingen
Dit zijn ongebalanceerde RCA-tulppluguitgangsaansluitingen.
Door deze aansluitingen op een externe recorder aan te sluiten,
kunt u hetzelfde signaal opnemen als wordt uitgevoerd via de
ST OUT-aansluitingen.
OPMERKING
0 2TR IN-aansluitingen
Deze
worden gebruikt om een stereogeluidsbron op aan te sluiten.
Gebruik deze aansluitingen als u stereogeluidsbronnen (CD of
DAT) direct op de mixer wilt aansluiten voor afluistering.
OPMERKING
A POWER-schakelaar
Gebruik deze schakelaar om de mixer op ON of STANDBY te
zetten.
B AC ADAPTOR IN-aansluiting
Sluit hier de bijgeleverde PA-30 netadapter op aan (zie blz. 5).
Pin 1: Massa
Pin 2: Heet (+)
Pin 3: Koud (–)
Top: Heet (+)
Ring: Koud (–)
Mantel: Massa
Top: Uitgang
Ring: Ingang
Mantel: Massa
Top: L
Ring: R
Mantel: Massa
Top: Heet
Mantel: Massa
De mixer's ST-masterfader heeft geen invloed op
het signaal dat wordt uitgevoerd via deze aan-
sluitingen. Zorg ervoor dat u de geschikte niveau-
aanpassingen op het externe opnameapparaat
maakt.
ongebalanceerde
RCA-tulpplugingangsaansluitingen
U kunt het signaalniveau aanpassen met de 2TR
IN-regelaar in de MASTER-regelsectie.
Merk op dat er nog een minimale stroom door het
apparaat loopt als de schakelaar in de STANDBY-
stand staat. Als u van plan bent de mixer gedurende
een langere tijd niet te gebruiken, zorg er dan voor
dat u de adapter loskoppelt van het stopcontact.
Gebruik uitsluitend de bij deze mixer geleverde
PA-30 adapter. Gebruik van een andere adapter kan
resulteren in brand of een elektrische schok.
INPUT
Mantel
Mantel
OUTPUT
Ring
Top
Top