4
Druk de secundaire lengtegeleider in en schuif deze naar de juiste
positie voor het formaat papier dat u in de lade plaatst.
2
5
Buig de vellen enkele malen om de vellen los te maken. Vouw of
kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel
recht.
6
Plaats de papierstapel met de aanbevolen afdrukzijde naar boven.
Opmerkingen:
•
Plaats enveloppen zo in de printer dat de zijde voor de
postzegel als eerste in de printer wordt ingevoerd.
5
•
Zorg dat het papier niet boven de maximumhoogte uitkomt
die is aangegeven op de zijkant van de breedtegeleider.
1
Let op—Kans op beschadiging: Als er te veel papier in de lade
wordt geplaatst, kan dit papierstoringen en mogelijk schade aan
de printer veroorzaken.
7
Plaats de lade terug in de printer.
8
Controleer of op het bedieningspaneel van de printer de
papiersoort en het papierformaat zijn ingesteld op basis van het
papier dat u in de lade hebt geplaatst.