Instelling voor voorzieningen
(koeling bij lage buitentemperatuur)
Deze functie werd ontwikkeld voor voorzieningen zoals computer- of apparatuurkamers. Deze instelling mag
nooit worden gebruikt in een woning of kantoor waar mensen in de ruimte zitten.
Door doorverbinding 6 (J6) op de printplaat door te knippen, wordt het werkingsgebied uitgebreid tot –15°C. Deze instelling
stopt echter wanneer de buitentemperatuur lager wordt dan –20°C en start opnieuw wanneer de temperatuur opnieuw stijgt.
1) Verwijder de bovenste plaat van de buitenunit.
2) Verwijder de frontplaat.
3) Verwijder de bescherming tegen het uitlekken.
4) Knip de doorverbinding (J6) van de printplaat in het toestel door.
VOORZICHTIG
• Indien de warmtewisselaar van de geïnstalleerde buitenunit rechtstreeks aan wind is blootgesteld, voorzie dan een muur
die de warmtewisselaar tegen deze wind beschermt.
• Doordat de buitenventilator aan en uit gaat wanneer de instellingen voor voorzieningen worden gebruikt, kan de binnenunit
intermitterend lawaai en ruis produceren.
• Plaats daarom geen luchtbevochtigers of andere elementen die de vochtigheid in kamers kunnen verhogen waarin
instellingen voor voorzieningen worden gebruikt.
Een luchtbevochtiger kan condensatie veroorzaken die uit de uitlaat van de binnenunit kan vloeien.
• Door doorverbinding 6 (J6) door te knippen wordt de tap van de binnenventilator in de hoogste stand gezet. Informeer de
gebruiker hierover.
12
Frontplaat
Bovenste plaat
Bescherming tegen
het uitlekken
Jumper J6
J6
J4
J9
J5
J7
J8
J12
Nederlands