Een vergrendelende storing houdt in dat de besturingsunit niet meer reageert op signalen van de
diverse sensoren en geen signalen meer uitstuurt. Alleen op het display is het storingsnummer
zichtbaar. De vergrendelende storing is op te heffen door het indrukken van de resetknop.
Met het uitschakelen van de netvoeding is een vergrendelende storing niet op te heffen (dit in
verband met veiligheid).
Als na het inschakelen van de netvoeding op het display het storingsnummer '04' wordt
weergegeven, betekend dit dat voor het uitschakelen van de netvoeding het toestel in
vergrendelende storing stond.
Het inschakelen van het toestel na een reset (of inschakelen van de netvoeding), zonder dat er
warmtevraag is, heeft tot gevolg dat er gedurende 5 seconden een inschakelverschijnsel optreedt:
de rookgasventilator gaat even draaien. Hierna wordt de regeling vrij gegeven.
Waarschuwing: Niet op de resetknop drukken wanneer de brander in bedrijf is; dit kan leiden tot
een vergrendelende storing door de maximaalbeveiliging!
Gebeurt dit toch, dan wachten tot toestel is afgekoeld en opnieuw de resetknop
indrukken.
Gedwongen hoog branden
Door gelijktijdig de "MODE" en de "+"-toets in te drukken gaat het toestel gedurende 15 minuten
gedwongen hoog branden.
Tijdens dit gedwongen hoog branden verschijnt er een "H" als stapnummer op het display.
Het gedwongen hoog branden kan voortijdig worden afgebroken door gelijktijdig de "+" en de "-"
toets in te drukken.
Waarschuwing: Toestel gaat op maximaal vermogen branden (geen modulatie); zorg met
instellen van de maximale luchthoeveelheid van de systeemventilator dat de
uitblaastemperatuur niet boven de 70 ° C komt.
Gedwongen laag branden
Door gelijktijdig de "MODE" en de "-" toets in te drukken gaat het toestel gedurende 15 minuten
gedwongen laag branden.
Tijdens dit gedwongen laag branden verschijnt er een "L" als stapnummer op het display.
Het gedwongen laag branden kan voortijdig worden afgebroken door gelijktijdig de "+" en de "-"
toets in te drukken.
Er kan zonder problemen worden geschakeld van gedwongen laag branden naar gedwongen
hoog branden en omgekeerd.
Maximaalbeveiliging
De maximaalbeveiliging bestaat uit twee temperatuurvoelers (NTC 12K) in één behuizing. Deze
sensoren zijn in het toestel bij de branderkamer geplaatst en meten gelijktijdig de temperatuur in
het toestel. Wanneer de temperatuur in het toestel de maximaal toegestane temperatuur nadert,
gaat het toestel terug moduleren. Wordt de maximaal toegestane temperatuur overschreden,
schakelt de besturingsunit het toestel uit. Afhankelijk van de opgetreden storing wordt op het
display een storingsnummer met betrekking tot de maximaalbeveiliging weergegeven.
Inregeldisplay SWB HR
maart 2003
-8-