12. VERBINDEN MET HET HOSTAPPARAAT
De printer ondersteunt via een interfacekabel het seriële, USB-, USB + Serieel-,
Ethernet-communicatiemodel, of het Bluetooth-model, afhankelijk van het model. De functie-instellingen van
de printer verschillen afhankelijk van de gebruikte communicatiemethode. Zie de "TECHNISCHE
INFORMATIE OVER DE THERMISCHE PRINTER UIT DE SERIE RP-D10" voor meer informatie.
Voor seriële, USB-, of Ethernet-communicatie hebt u een afzonderlijke interfacekabel nodig. Zie "17.
SPECIFICATIES" voor informatie over de interfacespecificaties.
De communicatiesnelheid kan afnemen, afhankelijk van het verwerken via software en van wat er afgedrukt
wordt.
Seriële/USB-/Ethernetcommunicatie Via Interfacekabel
(1) Schakel het apparaat uit.
(2) Sluit de interfacekabel die u wilt gebruiken aan op de interfaceconnector aan de achterzijde van de
printer.
(Wanneer u een USB-kabel aansluit, zet u de kabel vast met de kabelklem zoals hieronder
weergegeven.)
(3) Schakel de printer in en verzendt data van het hostapparaat naar de printer.
(4) Controleer of de data goed worden afgedrukt.
Interfacekabel voor USB-communicatie en de USB-kabel vastzetten
24