3. Druk op [MODE] om de andere pijl te selecteren of om door te gaan naar Save
(Opslaan) of Quit (Afsluiten).
4. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of
druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt
opslaan.
Druk op [Y/+] als u het menu wilt verlaten zonder de wijzigingen op te slaan. Het
volgende bericht wordt weergegeven:
Niet opgeslagen!
Druk op [MODE] als u nog andere wijzigingen wilt aanbrengen om door de opties te
bladeren.
Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Apparaat
kalibreren of druk op [Y/+] om terug te gaan naar het begin van het menu in de normale
modus.
Alarmwaarden wijzigen
4.5.4
In de menu's van de programmeermodus kunt u de waarden voor hoog en laag alarm
instellen en u kunt instellen bij welke waarden het STEL- en TWA-alarm wordt
geactiveerd. De limiet van deze waarden kan voor elke sensor afzonderlijk worden
ingesteld, zodat u over extreem nauwkeurige alarmwaarden beschikt.
Alarmsignalen. Tijdens elke meetperiode wordt de gasconcentratie vergeleken met de
ingestelde alarmwaarden (de alarmwaarden voor: Laag, Hoog, TWA en STEL). Als de
gemeten concentratie hoger is dan een van de ingestelde alarmwaarden, worden het
zoemeralarm, de LED's en het trilalarm geactiveerd om de gebruiker te waarschuwen.
Daarnaast worden de alarmen van de QRAE II geactiveerd in de volgende
omstandigheden: het batterijvoltage is lager dan een vooraf ingesteld voltage (3,1 volt
voor Li-ion, 3,3 volt voor alkaline) of het dataloggeheugen is vol. Wanneer het alarm
voor de batterij wordt geactiveerd, kunt u het apparaat nog 20 tot 30 minuten gebruiken.
Wanneer het batterijvoltage lager is dan de ondergrens, wordt de QRAE II automatisch
uitgeschakeld.
Dit gedeelte heeft de volgende submenu's:
Waarde hoog alarm
Waarde laag alarm
STEL-alarmwaarde
Gemiddelde alarmwaarde
In het volgende diagrom worden de submenu's en handelingen weergegeven:
Gebruikershandleiding QRAE II
Pagina 29