[PAL]: Verandert het videosignaal
van een NTSC-disc en voert het uit in
PAL-systeem.
[NTSC]: Verandert het videosignaal
van een PAL-disc en voert het uit in
NTSC-systeem.
Voor meer informatie, zie
"Veranderen van het kleursysteem"
(pagina 22).
[PAUZESTAND]
[AUTO]: Het beeld, met inbegrip
van onderwerpen die dynamisch
bewegen, wordt zonder trillingen
uitgestuurd. Selecteer normaliter
deze instelling.
[BEELD]: Het beeld, met inbegrip
van onderwerpen die niet
dynamisch bewegen, wordt met een
hoge resolutie uitgestuurd.
Instellen van de audio-
opties – [AUDIO
INSTELLING]
[AUDIO DRC]
(Compressie dynamisch bereik)
Handig voor het bekijken van films's
nachts met een laag volume.
[UIT]: Uit.
[STANDAARD]: Het dynamische
bereik is gecomprimeerd zoals
bedoeld door de opnametechnicus.
[MUZIEKSTUKKEUZE]
Het geluidsspoor dat het hoogste
aantal kanalen bevat krijgt voorrang
bij weergave van een DVD VIDEO
waarop meerdere audioformaten
(PCM, MPEG audio of Dolby Digital)
zijn opgenomen.
[UIT]: Geen prioriteit gegeven.
[AUTO]: Prioriteit gegeven.
[A/V SYNC]
(Alleen videobestanden)
[UIT]: Past zich niet aan.
[AAN]: Past de vertraging tussen
beeld en geluid aan wanneer het
geluid niet synchroniseert met het
weergegeven beeld.
[DOWN MIX]
Selecteren van het audio-
uitgangssignaal voor weergave van
multi-kanaal audio.
[NORMAAL]: Weergave van multi-
kanaal audio met een 2-kanaal
stereosignaal.
[DOLBY SURROUND]: Weergave
van multi-kanaal audio met een
2-kanaal surroundsignaal.
Instellen van het systeem
– [SYSTEEMINSTELLING]
[SCHERMBEVEILIGING]
De screensaver helpt voorkomen
dat uw schermtoestel beschadigd
raakt (spookbeelden). Druk op
+/– om de screensaver af te
sluiten.
[AAN]: Het screensaverbeeld
verschijnt als u het systeem
gedurende ongeveer 15 minuten
niet gebruikt.
[UIT]: Uitschakelen van de functie.
Het screensaverbeeld verschijnt
niet.
[ACHTERGROND]
Selecteren van de achtergrondkleur
of het beeld dat op het TV-scherm
wordt getoond.
33
NL