REMKO
Niveau 4 - SPECIALIST - Beschrijving van de parameters en instelwaarden - Vervolg
Warmtegeneratoren - Vervolg
Omschrijving
Waardebereik
Hyst Brander 2
Gradiënt
Max Verlaging
0,5K/min.-10K/
Dyn Uitschak
WE Koel-Fct
T-WE Koelstart
30,0°C-120,0°C
30
WARMTEPOMP-MANAGER MULTITALENT-PLUS
Fabrieksinstelling
2,0K-20,0K
2,0K
Aan/Uit
Uit
1,0K-20,0K
1,0K
2,0K/min.
min.
Aan/Uit
Uit
95,0°C
Beschrijving
Alleen bij tweetraps branders of het gebruik van vaste
brandstof.
Instellen van de hysterese voor de laadpomp (gebruik vaste
brandstof) of de 2e brander
Activering van de gradientprocedure (alleen voor WE 1)
Bij geringe warmteafname wordt een warmtegenerator
al vroeg uitgeschakeld (bijv. het laten uitgloeien van een
pelletketel).
Bij „UIT" wordt het uitschakelen door de richtwaarde en de
hysterese bepaald.
Instellen van de waarde om het vroegste uitschakelpunt te
bepalen (alleen voor WE 1)
Het vroegste uitschakelpunt is het verschil tussen de
maximale warmtegeneratortemperatuur Max T-WE
(zie specialistenmenu
Cascade) en de hier ingestelde
waarde.
Belastingafhankelijk, voortijdig uitschakelen van de WE door
de gradient van de temperatuursverhoging [K/min].
Als de WE de hier ingestelde gradiënt bereikt of overstijgt,
dan wordt de WE uitgeschakeld bij het eerste dynamische
uitschakelpunt (verschil tussen Max T-WE en Max
Verlaging).
Bij een geringe temperatuurstoename wordt het
uitschakelpunt lineair tot op Max T-WE verhoogt.
Activering van de noodkoeling voor de WE.
Instellen van de maximale temperatuur van de
warmtegeneratoren (starttemperatuur voor koeling).
Als de noodkoeling voor de warmtegenerator geactiveerd is
(WE Koel-Fct = AAN), dan worden de verwar-
ingscircuits met Max T-aanvoer (zie specialistenmenu
Verwarmingscircuits 1/2) aangezet (als de noodkoeling
in de ketel HK is toegestaan), zodra de hier ingestelde
temperatuur door een van de WE's wordt overschreden.
De noodkoeling wordt beëindigt, als de starttemperatuur
T-WE Koelstart met 5K wordt onderschreden.