- Status van de prefix (aan of uit).
• Ga
naar
het
GEAV. INSTELL. / LIJNBEHEER / KENGETAL.
• Druk op OK.
• De standaard instellingen worden op het scherm
weergegeven.
• Druk op
of
om de PABX-instellingen te wijzigen.
U kunt kiezen uit verschillende opties:
- ACTIVEREN / DESACTIVEREN: status van de
prefix.
- KENGETAL PABX: Om het nummer in te voeren
dat externe oproepen mogelijk maakt.
- LENGTE WIJZ. : om het minimaal aantal in te
geven cijfers te bepalen zodat het kengetal PABX
automatisch in rekening wordt genomen.
• Om
de
prefix
KENGETAL PABX, druk op OK.
• Voer het PABX-prefix in, druk op OK.
OK verschijnt op het scherm.
• Om de lengte voor de prefix te wijzigen, selecteer
LENGTE WIJZ. , druk op OK.
• Voer de lengte voor de prefix in.
• Druk op OK.
• OK verschijnt op het scherm.
• Druk op Terug om terug te keren naar het vorige
menu.
• Om de automatische PABX-prefixfunctionaliteit te
activeren, drukt u op
ACTIVEREN en drukt u op OK.
menu
INSTELLINGEN
te
wijzigen,
selecteer
of
, selecteert u
ANTWOORDAPPARAAT
/
Het antwoordapparaat van uw telefoon biedt de volgende
functies:
• Neutraal met neutrale meldtekst.
• Oproepenfilter.
• Bediening op afstand.
A
NTWOORDAPPARAAT
• Ga naar het menu ANTW. APP. / AAN/UIT.
• Druk op OK.
• De huidige modus van het antwoordapparaat wordt
weergegeven (in- of uitgeschakeld).
- Om op te slaan, druk op Terug.
- Om de modus te wijzigen, druk op
Om de opnamemodus te activeren, selecteer
ACTIVEREN.
On het antwoordapparaat uit te schakelen,
selecteer UIT.
• Druk op OK.
• OK verschijnt op het scherm.
• Druk op Terug om terug te keren naar het vorige
menu.
Als u geen meldtekst opneemt, zal het
antwoordapparaat
neutrale meldtekst gebruiken.
A
/ U
AN
IT
or
:
automatisch
de
27