B
Fig. 11
Verwijder de verstuiverlijn (1) nadat u de
schroeven (2) en de moer (3) losdraaide, de ka-
bels van de controledoos (4), de fotocel (6) en
de stekker (10) ontkoppelde.
Maak de kabels van de electrodes (4) los, ver-
wijder de houder van de vlamhaker (11) van de
verstuiverlijn (1) nadat u de schroef (3, fig. 12)
losdraaide.
De verstuiver (12) correct vastdraaien, zoals
aangeduid op de tekening.
OPGELET
Bij hermontage van de verstuiverlijn, de moer
(3) vastschroeven zoals op de tekening
hieronder.
VASTSCHROEVEN MAAR
NIET HELEMAAL TOT AAN
DE AANSLAG
4.3 AFSTELLING ELECTRODEN
OPGELET:
De vlamhakerhouder (1) op de ver-
stuiverhouder (2) plaatsen en blokke-
ren met de schroef (3).
Voor eventuele regeling van de elec-
trodes (4), de schroef (5) losdraaien.
Om de electroden te kunnen regelen,
voer de handeling uit zoals beschreven
onder "4.2 AANGEWEZEN VERSTUI-
VERS", (blz. 6).
4.4 POMPDRUK
De pomp verlaat de fabriek afgesteld op 12 bar.
Deze regeling kan worden aangepast met de schroef (4, fig. 5, blz. 4).
2302
D5684
3
(zie fig. 12).
Fig. 12
B
Fig. 11
0
4,5
– 0,5 mm
2
4
3
1
D5343
7
NL
S7637
OPGELET
DE AFSTANDEN MOETEN
WORDEN GERESPECTEERD
2 ÷ 2,5
mm
5
5,5 ±
0,3 mm