3
Afb. Bedieningspaneel
1. Vooruit-/achteruithendel
2. Contactsleutel
3. Start-/stopknop
Afbeelding. Display - statusafbeelding
2018-01-17
Starten
De motor starten
Controleer of de noodrem UIT staat en de parkeerrem
AAN.
Zet de vooruit-/achteruithendel (1) in de neutrale
1
positie.
De dieselmotor kan niet in een andere stand
worden gestart.
Draai de contactsleutel (2) rechtsom. Het scherm
wordt nu verlicht en op het display wordt een
2
opstartscherm weergegeven. Wacht totdat dit
opstartscherm verdwijnt.
Druk de start-/stopknop (3) in om de motor te starten.
Wanneer bij de start van de dieselmotor de
omgevingstemperatuur lager is dan +10°C (50°F),
moet de motor bij stationair toerental (laag toerental)
opwarmen tot de temperatuur van de hydraulische olie
hoger is dan +10°C (50°F).
Controleer tijdens het opwarmen de brandstof-/,
ureum- en watermeter en de acculading (minimaal
24V).
4812162914_B.pdf
Het systeem voert alle nodige handelingen, zoals
Het systeem voert alle nodige handelingen, zoals
voorverwarming, automatisch uit en activeert
voorverwarming, automatisch uit en activeert
daarna de startmotor.
daarna de startmotor.
Zorg voor een goede ventilatie (afzuiging) wanneer
Zorg voor een goede ventilatie (afzuiging) wanneer
u de motor binnenshuis laat draaien. Gevaar voor
u de motor binnenshuis laat draaien. Gevaar voor
koolmonoxidevergiftiging.
koolmonoxidevergiftiging.
Bediening
63