4. Speciale functies
Inleiding
Met het codebediendeel (niet het inschakelpaneel) kunt u, behalve het
systeem in- en uitschakelen, een aantal andere systeemfuncties instellen.
Deze functies zijn:
[Toegangscode] + A (B of C) + X Zones overbruggen bij inschakelen.
[Toegangscode] + X
[Toegangscode] + 4
[Toegangscode] + 5
[Toegangscode] + 6
[Toegangscode] + 7
[Toegangscode] + 8
[Toegangscode] + 9
[Toegangscode] + 0
Voor deze functies toetst u uw toegangscode gevolgd door het nummer van
de gewenste functie. Hieronder vindt u een beschrijving van de functies.
Zones overbruggen bij inschakelen
Uw systeem kan zodanig worden geprogrammeerd, dat u bij het geheel of
gedeeltelijk inschakelen van het systeem bepaalde detectoren/zones niet
inschakelt (overbrugd). Overleg met uw installateur welke zones hiervoor in
aanmerking komen. De 'overbrugging' is niet permanent. Elke keer dat u het
systeem inschakelt dient u aan te geven of en zo ja welke zones hiervoor in
aanmerking komen. Inschakelen met een overbrugde zone:
1. Toets uw toegangscode.
2. Druk op de gewenste niveautoets en binnen
5 seconden drukt u op X.
Het display toont:
3. Voor de zones 1 t/m 9 geldt: toets het gewenste zonenummer.
Bijv. toets 2 om zone 2 te overbruggen.
Voor de zones 10 t/m 16 geldt: toets X gevolgd door een cijfer.
Bijv. toets X4 om zone 14 te overbruggen.
Het display toont:
Toets binnen 5 seconden nogmaals X
om meerdere zones te overbruggen.
24 uurszones overbruggen
Toegangscodes wijzigen
Logboek uitlezen.
Systeemtijd en -datum instellen
Deurbel in-/uitschakelen
Sirenes testen
Zones testen
Oproep naar <Downloader>.
496479
A:Ovbr Zn __
Insch. A ---
17