GEBRUIK
Bediening
NL 6
Instellen dagtijd
Bij het aansluiten van de oven op het spanningsnet knipperen
'AUTO' en de cijfers van de klok. Stel de dagtijd als volgt in:
1. Houd de '–' en '+' toetsen tegelijk ingedrukt totdat er een pieptoon
klinkt. Een punt tussen de cijfers van de tijdklok gaat knipperen.
2. Stel de juiste tijd in met de '–' en '+' toetsen.
Er klinkt een pieptoon ter bevestiging van het geselecteerde tijdstip.
Het 'verwarm' symbool blijft verlicht.
De tijd kan op elk willekeurig moment gewijzigd worden; volg
hiervoor de bovenstaande instructies op.
De oven gebruiken
De oven heeft 9 ovenfuncties en 1 reinigingsfunctie. Raadpleeg de tabel
voor het kiezen van de juiste ovenfunctie voor het bereiden van een
gerecht.
1. Plaats het gerecht in de oven.
Voor sommige gerechten moet de oven eerst voorverwarmt worden.
2. Draai de 'ovenfunctieknop' naar de gewenste ovenstand.
3. Stel de gewenste temperatuur in met de 'temperatuurknop' (tussen
50-250
.
°C)
De oven start de ingestelde ovenfunctie en verwarmt de oven tot
de ingestelde temperatuur is bereikt. Een controlelampje boven
de thermostaatknop gaat branden, en gaat uit als de ingestelde
temperatuur bereikt is.
Opmerkingen
• Tijdens de bereiding kan de temperatuur aangepast worden.
• Als de oven wordt gebruikt, wordt de werking van het
heteluchtelement en de boven- en onderelementen regelmatig
onderbroken om de temperatuur te reguleren.
De oven uitschakelen
• Draai de ovenfunctieknop en de temperatuurknop naar de o-stand.
Let op! Als de oven niet werkt is er mogelijk een klokfunctie actief.
Annuleer alle klokfuncties door tegelijkertijd op de '–' en '+' toets
te drukken tot 'AUTO' verdwijnt uit het display. Wacht een aantal
seconden, de wijziging wordt opgeslagen.