Afstandsbedieningsbedrijf „Remote"
De laboratoriumvoeding kan via een externe gelijkspanning op afstand worden bestuurd. De stuurspan-
ning bedraagt 0 - 2,3 V/DC en regelt proportioneel het complete instelbereik van de betreffende uitgang.
Het afstandsbedieningsbedrijf is alleen bij individueel en seriebedrijf mogelijk.
De stroominstelregelaars van beide uitgangen mogen zich niet in de positie
minimum (linker aanslag) bevinden, omdat anders niet het complete instelbereik
van de spanning gebruikt kan worden. De spanningsregelaars moeten bij
afstandsbedieningsbedrijf in de positie maximum staan zodat het volle instelbe-
reik gebruikt kan worden.
Verwijder de aangesloten verbruikers van de uitgangen A en B en schakel de netvoeding uit.
Verwijder aan de achterzijde van het apparaat de kunststofafdekking van de betreffende aansluitklem-
men. Aansluitklemmen (28) voor uitgang A, aansluitklemmen (29) voor uitgang B.
Verwijder de kortsluitbrug tussen de aansluitklemmen „V ref OUT" en „V ref IN".
Sluit de pluspool van de externe stuurspanning aan de klem „V ref IN" en de minpool aan de klem „COM-
MON" aan.
Bevestig de kunststofafdekking weer op de aansluitklem.
Schakel de voeding in via de aan/uit-schakelaar (1). De bedrijfsindicator (2) licht op en op het display
worden spanning en stroom weergegeven.
Bedien de keuzeschakelaar voor individueel of seriebedrijf. De rode indicator boven de schakelaar brandt.
Stel de stroombegrenzing volgens uw waarden in, zoals beschreven in het hoofdstuk „Inbedrijfname".
De spanning wordt nu via de externe stuurspanning ingesteld.
Controleer nogmaals de correct ingestelde uitgangsspanning.
Verbind de pluspool (+) van de verbruiker met de rode bus „+" en de minpool (-) met de blauwe bus „-„
van de betreffende uitgang.
De aangesloten verbruiker kan nu worden ingeschakeld.
Voor normaal regelbedrijf via die instelregelaar op het apparaat moet de kortslui-
tingsbrug op de achterkant tussen de klemmen "V ref OUT" en "V ref IN"
opnieuw worden ingezet.
70