Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Casio Privia PX-780M Gebruiksaanwijzing pagina 23

Verberg thumbnails Zie ook voor Privia PX-780M:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.
Selecteer d.m.v. de instrumentdeeltoetsen
5
bm
(
tot en met
) de onderdelen (drums, bas,
enz.) die u wilt bewerken.
De naam van het onderdeel dat u selecteert, verschijnt
op het display. Ritmepatronen bestaan uit de acht
hieronder getoonde onderdelen.
• De toetsoplichting verandert niet wanneer u drukt op
de instrumentdeeltoetsen (
toetsbelichting geeft aan of er begeleidingsdata is die
correspondeert met elk onderdeel.
Onderdelen
Drums Slagwerk
Bas
Akkoord
5
6
7
Voorbeeld: Wanneer bas geselecteerd is
Instrumentdeelnaam
5.
Bewerk het geselecteerde onderdeel naar
wens.
De onderstaande tabel geeft een beschrijving van de
parameters die u kunt bewerken.
• Selecteer d.m.v. de
parameter en verander de instelling d.m.v. de
q) de instelling. U kunt ook snelkoppeltoetsen
gebruiken (zie onderstaande tabel) om parameters te
selecteren.
• Door de
ct
(w, q) toetsen tegelijkertijd in te
drukken wordt de op dat moment geselecteerde
parameter teruggezet op de oorspronkelijke default
instelling.
• Door tijdens een montagebewerking op de
(START/STOP) toets te drukken wordt het
begeleidingspatroon weergegeven samen met de
montages die u tot op dat punt gemaakt had. Door op
de
bt
(ACCOMP ON/OFF) toets te drukken wordt
alleen het instrumentdeel weergegeven dat u aan het
bewerken bent.
De procedure wordt voortgezet op pagina D-22.
5
tot en met
bm
). De
Akkoord
Akkoord
Akkoord
Akkoord
1
2
3
4
8
9
bk
bl
dn
(u) en
do
(i) toetsen een
bs
Parameter
Rhythm
Select:
Ritme
Tone
Select:
Toon
5
Prt:
bm
Onderdeel
aan/uit
Vol:
Volumeni-
veau
Pan:
Panning
(positie)
Reverb:
Nagalm
ct
(w,
Chorus:
Zweving
*1 Door de deelbegeleidingsdata te vervangen worden alle
montages gewist die tot op dat punt gemaakt waren bij de
op dat moment geselecteerde begeleidingsdata.
*2 Achtereenvolgende nummers beginnen bij 001 hetgeen het
eerste ritme is van de eerste groep (POPS/DANCE/
ROCK). Zie de "Toonlijst" (pagina A-1) en "Ritmelijst"
(pagina A-5) voor informatie betreffende het
nummeringsysteem.
*3 Wanneer het een intropatroon of eindpatroon betreft, als
een ritme wordt gespecificeerd voor één onderdeel (drum,
bas, enz.) dan zal hetzelfde ritme automatisch worden
gespecificeerd voor alle andere onderdelen van het
patroon.
*4 Enkel drumsetklanken (toonnummers 237 tot en met 250)
kunnen geselecteerd worden voor de drum en percussie
onderdelen. Drumsetklanken kunnen niet worden
geselecteerd voor de bas en de akkoord 1 tot en met 5
onderdelen.
*5 Een kleine waarde verschuift naar links, terwijl een grotere
waarde naar rechts verschuift. Een waarde van nul
specificeert het midden.
Gebruiken van automatische begeleiding
Omschrijving
Instelling
Vervangt de
bewerkingsdata
van het onderdeel
001 tot en met 190:
(drum, bas, enz.)
Ritmenummer
met dat van het
gespecificeerde
*1
ritmenummer.
Schakelt de
deeltoon
(instrument) over
001 tot en met 250:
naar dat van het
Toonnummers
gespecificeerde
toonnummer.
OFF:
Dempt het
Schakelt elk
onderdeel.
onderdeel aan of
ON:
uit.
Doet het onderdeel
klinken.
Regelt het
volumeniveau van
000 - 127
elk onderdeel.
Regelt of het geluid
van het onderdeel
gehoord kan
–64 tot 0 tot 63
worden van de
linker of rechter
kant.
Regelt het niveau
van het
nagalmeffect
000 - 127
(pagina D-11) dat
uitgeoefend wordt
op de deelnoten.
Regelt het niveau
van het
zwevingeffect
000 - 127
(pagina D-12) dat
uitgeoefend wordt
op de deelnoten.
Snelkop-
peltoets
cm
*2 *3
cn
*2 *4
co
*5
cp
D-21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave