Menu: Configuratie
Relaisuitgang QX1 / QX2
De instellingen van de relaisuitgangen
regelen naar keuze de overeen-
komstige bijkomende functies voor de
basisschermen.
Circulatiepomp drinkwater Q4
De aangesloten pomp dient als
circulatiepomp voor het drinkwater.
De tijdelijke bediening van de pomp
kan geregeld worden in het bedienings-
vlak "drinkwater" in de bedieningsregel
"vrijgave circulatiepomp".
Elektrische bijverwarming drink-
water K6
Met de aangesloten elektrische bijver-
warming kan het drinkwater overeen-
komstig het bedieningsvlak "drink-
waterboiler" bedieningsregel "
elektrische bijverwarming" geladen
worden.
De elektrische bijverwarming moet
voorzien zijn van een veiligheids-
thermostaat.
!
Collectorpomp Q5
Voor een zonne-energiecollector is
een circulatiepomp voor de collector-
kring nodig.
H1-pomp Q15
De H1-pomp kan voor een bijkomende
verbruiker aangewend worden. Samen
met een externe vraag naar warmte
aan ingang H1 kan deze bijvoorbeeld
voor een toestel met hetelucht-
verwarming gebruikt worden.
Ketelpomp Q1
De aangesloten pomp wordt gebruikt
voor de ketelwatercirculatie, bijv.
tussen de ketel en de hydraulische
scheidingsfilter.
Bypasspomp Q12
De aangesloten pomp dient als bypass
voor de ketel en kan gebruikt worden
voor de verhoging van de ketel-
terugloop.
2. Pompfase
Met deze functie kan een 2-fasige ver-
warmingskringpomp aangestuurd
worden, waarmee bij gereduceerde
verwarming (bijv. 's nachts lager) het
pompvermogen verminderd kan
worden. Daarbij wordt voor de 1
van de pomp met het multifunctionele
de
relais QX de 2
fase op de volgende
wijze ingeschakeld:
Regelnr.
5890
5891
Alarmuitgang K10
Het alarmrelais signaleert een even-
tueel defect. Het contact wordt met
een vertragingstijd van 2 minuten
gesloten. Wanneer het defect ver-
holpen is, d.w.z. dat de foutmelding
verdwenen is, dan wordt het contact
onmiddellijk geopend.
Wanneer het defect niet onmiddellijk
verholpen kan worden, kan het alarm-
relais toch gereset worden.
Dit gebeurt in het bedieningsvlak
"fout".
ste
1
fase
Uitgang Q2/Q6/Q20
uit
aan
aan
ste
fase
uit
Bedieningsregel
Relaisuitgang QX1
Geen
Circulatiepomp Q4
Elektrische bijverwarming TWW K6
Collectorpomp Q5
H1-pomp Q15
Ketelpomp Q1
Bypasspomp Q12
Alarmuitgang K10
2. Pompfase HK1 Q21
2. Pompfase HK2 Q22
2. Pompfase HKP Q23
Pomp verwarmingskring HKP Q20
Relaisuitgang QX2
Geen
Circulatiepomp Q4
Elektrische bijverwarming TWW K6
Collectorpomp Q5
H1-pomp Q15
Ketelpomp Q1
Bypasspomp Q12
Alarmuitgang K10
2. Pompfase HK1 Q21
2. Pompfase HK2 Q22
2. Pompfase HKP Q23
Pomp verwarmingskring HKP Q20
de
2
fase
Uitgang Q21/Q22/Q23
uit
uit
aan
aan
Fabrieksinstelling
Geen
Geen
Pomp verwarmingskring HKP Q20
De pompverwarmingskring P wordt
geactiveerd. Wanneer aan een ge-
mengde verwarmingskring 1
(mengerpomp aangesloten aan Q2)
een bijkomende radiatorverwarmins-
kring aangesloten wordt, dan moet de
pomp Q20 aangesloten worden op de
multifunctionele uitgang MFA / QX1.
•
Schakeluurprogramma
Voor de verwarmingskring P staat
uitsluitend het schakeluurpro-
gramma 3/P ter beschikking.
Zie daarvoor ook "schakeluur-
programma".
Pomptoestand
uit
Gedeeltelijke belasting
Volledige belasting
Ongebruikt/ niet
toegelaten
37