Inhoudsopgave
Advertenties
8. Om een gebruikers-ID te bewerken, selecteert u de gebruikers-ID en drukt u vervolgens op
Opties>Bewerken.
9. Om een gebruikers-ID te verwijderen, selecteert u de gebruikers-ID en drukt u vervolgens op
Opties>Wissen>OK.
7.1.2.1 Een gebruikers-RFID-tag configureren (optioneel)
Om in te loggen bij het instrument met een gebruikers-RFID-tag, slaat u de betreffende gebruikers-ID
als volgt op een gebruikers-RFID-tag op:
1. Druk op Inloggen.
2. Selecteer de gebruikers-ID en druk vervolgens op Opties>RFID-tag initialiseren.
3. Voer indien nodig het wachtwoord voor de gebruikers-ID in.
4. Voltooi de stappen die worden weergegeven op het display.
5. Druk op OK om de gebruikers-ID op de RFID-tag te vervangen door een nieuwe gebruikers-ID,
indien van toepassing.
6. Druk op Sluiten.
7. Plaats de gebruikers-RFID-tag voor de RFID-module om in te loggen.
7.1.3 Monster-ID's toevoegen
Voeg een unieke monster-ID toe voor elk monster (maximaal 100). De monster-ID identificeert de
monsterlocatie of andere monsterspecifieke informatie.
Als alternatief kunt u monster-ID's uit een spreadsheetbestand naar het instrument importeren.
Raadpleeg de uitgebreide gebruikershandleiding op de website van de fabrikant om monster-ID's te
importeren.
Opmerking: Wanneer een monsterfles met een monster-RFID-sticker voor de RFID-module wordt geplaatst, zal de
monster-ID automatisch worden toegevoegd aan het instrument en op het instrument worden geselecteerd.
1. Druk op Monster-ID.
2. Druk op Opties>Nieuw.
3. Voer een nieuwe monster-ID in (maximaal 20 tekens).
4. Als de monsterfles een barcode heeft die de monster-ID identificeert, leest u de barcode met een
handscanner die op het instrument is aangesloten. De barcode wordt aan de monster-ID
toegevoegd.
5. Druk op OK.
6. Selecteer een optie.
Optie
Datum/tijd
toevoegen
Nummer
toevoegen
Kleur toevoegen
7. Druk op OK>Sluiten.
8. Om een monster-ID te wijzigen, selecteert u de monster-ID en drukt u op
Opties>Bewerken>OK.
9. Om een monster-ID te wijzigen, selecteert u de monster-ID en drukt u op Opties>Wissen>OK.
Omschrijving
Voegt de datum en tijd toe waarop het monster werd verzameld bij de monster-ID
(optioneel). De datum en tijd die voor elke monster-ID zijn ingevoerd worden in het menu
Monster-ID weergegeven.
Voegt een metingnummer toe aan de monster-ID (optioneel). Selecteer het eerste
nummer dat is gebruikt voor het metingnummer (0 tot 999).
Het metingnummer wordt nu tussen haakjes achter de monster-ID weergegeven op het
beginscherm. Raadpleeg
Voegt een gekleurde cirkel toe aan het monster-ID-pictogram (optioneel). Het monster-
ID-pictogram wordt vóór de monster-ID weergegeven op het beginscherm. Raadpleeg
Afbeelding 3
op pagina 11.
Afbeelding 3
op pagina 11.
Nederlands 15
Advertenties
Inhoudsopgave
