Instellen
11.3.3
Alarmen
11.3.4
Analoge in- en uitgangen
52
Controledatum
n
Kalibreergegevens pompen
n
„Informatie è Alarmen è ..."
De eigenlijke melding bestaat uit:
Het nummer van de melding (bijv. "093")
n
De identificatie: F = fout, W = waarschuwing
n
Tekst (bijv. "Storing van extern")
n
[Bevestigen] kunnen meldingen die niet meer actief
Met de toets
zijn worden bevestigd. Ze komen daarna met een blauwe achter‐
„Meldingsgeschiedenis" .
grond in de lijst
[Pijl omlaag] springt de besturing terug naar de laatste
Met de toets
weergave.
„Informatie è Analoge in- en uitgangen è ..."
Hier kunnen de actieve analoge in- en uitgangen worden afge‐
lezen:
Actief = vinkje gezet.
CDVd
Toewijzing analoog I/O
Analoge ingang
Waterdebiet
Stelgrootte
Vulniveau HCl
Vulniveau NaClO2
Afb. 18
De beide analoge ingangen kunnen zo worden geconfigureerd, dat
ze signalen van twee analoge ingangen geven.
UIT
Analoge uitgang 1
Waterdebiet
Analoge uitgang 2
Stelgrootte
08:05:53
Logout
B1181