Stap 3:
Maak het accuvak open van de buitensensor, draai hiertoe de schroef op het deksel
open en neem het deksel er af.
Plaats de 3 meegeleverde speciale accu's AA/penlite met de juiste polariteit (let op plus+
/minus -) volgens de opdruk in het vak en de opdruk op de accu's.
Plaats beslist nooit normale niet-oplaadbare batterijen in de buitensensor, gebruik
ook nooit accu's met een nominale spanning van 1,2 V.
De buitensensor werkt alleen met de meegeleverde speciale accu's (nominale
spanning 1,5 V). Als deze vervangen moeten worden, kunt u deze als reserve-
onderdeel/accessoires bestellen.
Na het plaatsen van de accu's licht aan de onderzijde van de buitensensor de rode LED
(21) voor een paar seconden op en gaat dan weer uit. Vervolgens gaat de LED alle 16
seconden 1x oplichten, dit wijst op de transmissie van de meetgegevens. Via de reset-
toets (22) kan de buitensensor naar wens teruggezet worden.
Plaats het accuvakdeksel weer terug en schroef deze vast.
Indien op de zonnemodule nog de beschermfolie is, trekt u deze nu er af.
Stap 4:
Monteer de buitensensor in het buitengebied op een geschikte plek.
Bij de keuze voor een montageplaats moet u het volgende in acht nemen:
De montageplaats dient open te liggen, zodat de windsnelheid- en windrichtingsensor
correcte waarden kunnen weergeven. Aanbevolen wordt een minimale afstand tot gebouwen
van 10 meter.
Monteer de buitensensor niet onder of in de nabijheid van een boom of struik, omdat door
afvallende bladeren de opening van de regensensor kan dichtslibben.
14