3
Opmerking
Bij enveloppen met de opening aan de korte kant, moet deze zijde het eerst worden ingevoerd.
4
5
6
Opmerking
Niet alle printerfuncties zijn beschikbaar in alle drivers of besturingssystemen. Raadpleeg de on line
Help voor de printereigenschappen (driver) voor informatie over de beschikbare functies voor die
driver.
30 Hoofdstuk 2
Plaats de envelop met de afdrukzijde naar boven en met de bovenrand tegen de
linkerpapiergeleider.
Stel de papiergeleiders in op de lengte en breedte van de envelop.
Open de printereigenschappen (of de voorkeursinstellingen voor afdrukken in Windows 2000
en XP). Zie
Printereigenschappen (driver)
Selecteer Envelop als materiaalsoort op het tabblad Papier/Kwaliteit of het tabblad Papier
(het tabblad Papiersoort/kwaliteit in bepaalde Mac-drivers).
voor instructies.
NLWW