Veiligheid
● Schakel de voedingsspanning uit voordat u aan elektrische onderdelen van de
installatie werkt. Leid de restspanning af.
● Overbrug nooit elektrische zekeringen. Stel de zekeringen niet buiten werking.
Neem bij het vervangen van zekeringen de correcte gegevens betreffende de
stroomsterkte in acht.
● Houd vocht uit de buurt van onderdelen die onder spanning staan. Vocht kan tot
kortsluiting leiden.
2.1.4
Gevaar door chemicaliën
● Chemicaliën kunnen schadelijk voor het milieu en/of de gezondheid zijn.
Zij kunnen huid en ogen beschadigen, alsook irritaties aan de luchtwegen of
allergische reacties veroorzaken.
● Vermijd elke vorm van huid-/oogcontact met chemicaliën.
● Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.
● Lees vóór de omgang met chemicaliën het veiligheidsinformatieblad door en neem
te allen tijde de aanwijzingen voor de verschillende werkzaamheden/situaties in
acht.
● Actuele veiligheidsinformatiebladen voor chemicaliën zijn als download
beschikbaar onder www.gruenbeck.com/infocenter/sicherheitsdatenblaetter.
● Volg de bedrijfsinterne aanwijzingen bij de omgang met chemicaliën en vergewis u
ervan dat er evt. veiligheids- en noodvoorzieningen zoals nooddouche, oogdouche
voorhanden zijn en deze ook naar behoeven functioneren.
Vermenging en resten van chemicaliën
● Meng nooit verschillende chemicaliën met elkaar. Er kunnen niet te voorziene
chemische reacties met dodelijke risico's optreden.
● Verwijder resten van chemicaliën volgens de plaatselijke voorschriften en/of
bedrijfsinterne aanwijzingen.
● Resten uit gebruikte verpakkingen mogen niet in verpakkingen met verse
chemicaliën worden gevuld om de werking van de chemicaliën niet slechter te
maken.
Aanduiding/minimale houdbaarheid/opslag van chemicaliën
● Controleer de aanduiding van chemicaliën – deze mag niet worden verwijderd of
onherkenbaar worden gemaakt.
● Gebruik geen onbekende chemicaliën (geen aanduiding voorhanden of aanduiding
onherkenbaar).
● Neem de op het etiket vermelde datum (houdbaarheidsdatum) in acht om de
functionaliteit van de installatie en de kwaliteit van het gegenereerde permeaat te
waarborgen.
10 | 68