6. Eigen controle, onderhoud en controle
6.1 Algemene instructies
Om de werking van de SediPipe L- /
SediPipe L plus-installatie te waarbor-
gen, moet de toestand ervan worden
gecontroleerd door middel van perio-
dieke eigen controles en onderhouds-
beurten. Alle werkzaamheden en
bevindingen moeten in een gebruiks-
6.2 Eigen controle
Er dient ten minste met tussenpozen
van 3 maanden door de exploitant bij
droog weer te worden gecontroleerd of
de installatie correct functioneert. Hier-
voor moeten de afdekkingen van de
start- en eindputten worden geopend en
moeten de putten, zonder hier in te stap-
pen, worden geïnspecteerd (eenvoudige
visuele controle).
6.3 Onderhoud
Wanneer er geen sprake is van installa-
tiespecifieke ervaringswaarden voor de
werkelijke aanwezige hoeveelheid slib,
moet het onderhoud van de SediPipe-
installatie overeenkomstig de volgende
tijdrichtwaarden worden uitgevoerd en
bestaat uitsluitend uit de reiniging.
Daarbij moeten de volgende werkzaam-
heden worden uitgevoerd:
Installatie leegmaken en reinigen
n
(zie hoofdstuk 5.1, pagina 20 e.v.)
Installatie opnieuw vullen
n
(zie hoofdstuk 5.2, pagina 21)
Installatietype
SediPipe L / L plus 600/6
SediPipe L / L plus 600/12
SediPipe L / L plus 600/18
SediPipe L / L plus 600/24
Basis van de gemiddelde aanwezige hoeveelheid vuil 500 kg/ha*a (droge stof)
22
FRÄNKISCHE | EWA SediPipe L | NL
logboek worden gedocumenteerd.
Wij raden u aan een onderhoudscon-
tract met een deskundige reinigingsfir-
ma af te sluiten (Neem contact op met
Fränkische contractpersoon voor een
lijst met bekwame firma's)
Daarbij moeten de volgende punten
worden gecontroleerd:
Bouwtechnische toestand van de
n
installatie
Hoogteniveau continue opstuwing
n
Slibniveau startput
n
Tip
Om de exploitatiekosten te verlagen of bij bijzondere oppervlakken met een hogere
hoeveelheid slib kan de exploitant de installatiespecifieke onderhoudsinterval als
volgt vastleggen:
Op voorwaarde dat de complete installatie na beëindiging van de bouwmaatregelen werd
gereinigd, kunnen de lediging en reiniging van de SediPipe afhankelijk van het slibniveau
plaatsvinden. Daarvoor moet de positie van de slibspiegel in de startput in het kader van
de eigen controle worden gemeten. Lediging wordt aanbevolen wanneer 80% van de
opgeslagen hoeveelheid slib of de max. slibhoogte in de startput is bereikt.
De opgeslagen hoeveelheid staat vermeld in de tabel (zie hoofdstuk 3.4, pagina 7).
Onderhoudsinterval
Onderhoudsinterval
1 jaar
2 jaar
Aangesloten
Aangesloten
oppervlak [m
2
]
oppervlak [m
21.450
27.200
33.000
38.800
LET OP
De telkens genoemde termijnen en ver-
antwoordelijkheden vormen alleen maar
een advies van Fränkische en kunnen
afwijken van de officiële goedkeuringen.
In deze gevallen zijn de officiële voor-
waarden doorslaggevend en moeten in
acht worden genomen!
LET OP
Bij relevante afwijkingen van de
gewenste toestand, die een correcte
functie van de installatie belemmeren,
moeten de onderhoudswerkzaamhe-
den evt. vervroegd worden uitgevoerd
en de daarbij vastgestelde gebreken
onmiddellijk worden verholpen.
Onderhoudsinterval
3 jaar
Aangesloten
2
]
oppervlak [m
2
]
10.700
7.150
13.600
9.050
16.500
11.000
19.400
12.900
Onderhoudsinterval
4 jaar
Aangesloten
oppervlak [m
2
]
5.350
6.800
8.250
9.700