Inhoudsopgave
Advertenties
Een nieuwe patiëntcode invoeren
De patiëntcode kan op twee manieren aan de pupillometer worden gekoppeld:
1) Door de barcode van de patiënt te scannen met de op de PLR-4000
ingebouwde barcodelezer, of
2) Door de letters of cijfers van de patiëntcode handmatig in te voeren (afb. 14).
Scannen van de barcode met de ingebouwde barcodelezer
Selecteer vanaf het startscherm
een wit lampje boven op de PLR-4000 (afb. 15). Houd het lampje boven de
barcode totdat u een pieptoon hoort. De patiëntcode verschijnt nu op het
touchscreen van de PLR-4000. Controleer of de patiëntgegevens juist zijn en
selecteer Accept (afb. 16). Op de PLR-4000 worden nu de patiëntcode en de
tekst Ready to Scan (afb. 17) weergegeven.
Handmatig invoeren van de patiëntcode
Selecteer vanaf het startscherm
vervolgens Manual ID
het touchscreen of het toetsenblok de alfa- of
numerieke patiëntcode in en selecteer
(afb. 18). Controleer of de patiëntgegevens op het
scherm juist zijn en selecteer Accept (afb. 16). Op
de PLR-4000 worden nu de patiëntcode en de
tekst Ready to Scan (afb. 17) weergegeven.
Een meetprotocol instellen
Selecteer vanaf het startscherm het pictogram Instellingen
het pictogram rechtsboven
navigeren. U kunt de parameters op de pagina van dit menu (afb. 20) wijzigen
door omhoog of omlaag te bewegen met de
toetsen OMLAAG
en OMHOOG
richtingstoetsenblok, en vervolgens de toetsen
voor links
en rechts
de gemelde waarden heen en weer te schakelen.
Gebruik de toets voor RECHTS of LINKS om af
te sluiten en sla het protocol op door op YES te
drukken na de vraag 'Save Changes?'
De onderstaande tabel bevat een overzicht van de kenmerken van het lichtprikkelprotocol:
Parameter
Nummer protocol
Type protocol
NeurOptics® PLR®-4000-pupillometersysteem – Gebruiksaanwijzing ©2023 NeurOptics, Inc.
en vervolgens Scan Code
en
. Voer met behulp van
om naar het menu Set Protocol (afb. 19) te
op het
te gebruiken om tussen
Beschrijving
De protocollen zijn genummerd van 1 tot en met 5. Om een protocol 'actief' te
maken, selecteert u het nummer (bv. 'Protocol2') en drukt u op de middelste knop
op het richtingstoetsenblok. Het protocol wordt dan als Actief weergegeven.
De tweede instelling schakelt tussen 1) 'Positieve pulsprikkel' (lichtprikkel);
2) 'Statische prikkel', (geen lichtprikkel en geen pupilreflex; 'Pulsintensiteit' moet gelijk
zijn aan 'Achtergrondintensiteit'); en 3) 'Langdurig', (geen lichtprikkel, de pupil wordt
maximaal 10 minuten lang continu gemeten, of totdat er op een knop wordt gedrukt).
. Er brandt
Afb. 16
en vervolgens
Afb. 19
Afb. 14
Afb. 15
Afb. 17
Afb. 18
Afb. 20
6
Advertenties
Inhoudsopgave
