Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen
In de opnamemodus kunt u eenvoudig de Optische
beeldstabilisator (Optical Image Stabilizer, OIS) of de Tweevoudige
opnamestabilisatie (Dual Image Stabilizer, DUAL IS) instellen
die zowel de OIS als de Digitale beeldstabilisator (Digital Image
Stabilizer, DIS) bestuurt.
Vóór correctie
Na correctie
1
Druk in de opnamemodus op [
2
→ Beeldstabilisator.
Selecteer
of
3
Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Uit
De beeldstabilisator is uitgeschakeld.
OIS
De optische beeldstabilisator (OIS) is ingeschakeld.
De dubbele beeldstabilisator (DUAL IS) is
DUAL IS
ingeschakeld.
].
Basisfuncties
•
De beeldstabilisator werkt mogelijk niet goed als:
- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp
te volgen.
- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt.
- Wanneer de camera te veel trilt.
- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor
nachtopnamen).
- Wanneer de batterij bijna leeg is.
- Wanneer u een close-upfoto maakt.
•
Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's
onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de
OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt.
•
Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als
dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
•
De camera corrigeert de foto's alleen optisch als de lichtbron
helderder is dan TL-verlichting.
•
In de modus Scène, Magic Plus en Film kan alleen de optische
beeldstabilisator (OIS) gebruikt worden.
34