12
Maak het uw eigen telefoon
pas weergegeven nadat u die oproepen
hebt bekeken.
Telefooninstellingen
Selecteer
Menu
>
Telefoon
en maak een keuze uit de
volgende opties:
Taalinstellingen — Als u de taal voor het
display van de telefoon wilt instellen,
selecteert u
Taal
voor spraakopdrachten wilt instellen,
selecteert u
Taal
Geheugenstatus — Als u het
geheugengebruik wilt controleren.
Aut. toets.blokk. — Hiermee blokkeert
u het toetsenblok automatisch als de
telefoon een vooraf ingestelde tijd in de
standby-modus staat en er geen functies
zijn gebruikt.
Toetsenblokkering — Als u een
beveiligingscode wilt instellen om de
toetsenblokkering op te heffen.
Sensor-instellingen — Als u de
tikfunctie wilt activeren en instellen.
Spraakherkenning —
'Spraakopdrachten', p. 15.
Offlineverzoek — Als de telefoon bij
inschakelen moet vragen of u de
vluchtmodus wilt activeren. In de
vluchtmodus zijn alle draadloze
verbindingen uitgeschakeld.
Telefoonupdates — Als u updates voor
telefoonsoftware wit ontvangen van uw
serviceprovider (netwerkdienst).
Afhankelijk van uw telefoon is deze optie
misschien niet beschikbaar.
updates over-the-air', p. 39.
Netwerkmodus — Als u zowel het UMTS-
als het GSM-netwerk wilt gebruiken. Deze
optie is niet beschikbaar tijdens een
oproep.
Operatorselectie — Als u een
beschikbaar netwerk in uw omgeving wilt
selecteren.
Instellingen
>
display. . Als u de taal
sprkherkenning.
Zie
Zie 'Software-
Automat. Help-tekst — Als u wilt
instellen of de telefoon Helpteksten moet
weergeven.
Starttoon — Als de telefoon starttoon
moet geven bij het inschakelen.
SIM-acties bevest. —
diensten', p. 17.
Beveiligingsinstellingen
Wanneer beveiligingsfuncties zijn
ingeschakeld waarmee oproepen worden
beperkt (zoals het blokkeren van
oproepen, gesloten gebruikersgroepen
en vaste nummers), kunt u mogelijk nog
wel het geprogrammeerde alarmnummer
kiezen. De functies voor het blokkeren en
doorschakelen van oproepen kunnen niet
tegelijkertijd actief zijn.
Selecteer
Menu
>
Beveiliging
en maak een keuze uit de
volgende opties:
PIN-codeaanvraag of UPIN-
codeaanvraag — om in te stellen dat de
PIN- of UPIN-code altijd moet worden
ingevoerd wanneer de telefoon wordt
ingeschakeld. Bij sommige SIM-kaarten
kan deze codeaanvraag niet worden
uitgeschakeld.
PIN2-codeaanvraag — om te selecteren
of de PIN2-code vereist is voor een
specifieke telefoonfunctie die is beveiligd
met de PIN2-code. Bij sommige SIM-
kaarten kan deze codeaanvraag niet
worden uitgeschakeld.
Oproepen blokkeren — om inkomende
en uitgaande oproepen te beperken
(netwerkdienst). Hiervoor is een
blokkeerwachtwoord vereist.
Vaste nummers — om uitgaande
gesprekken te beperken tot geselecteerde
telefoonnummers, indien de SIM-kaart dit
ondersteunt. Als Vaste nummers is
ingeschakeld, zijn GPRS-verbindingen
alleen mogelijk om SMS-berichten te
Zie 'SIM-
Instellingen
>