Naloop-functie
De naloopfunctie laat het ventilatiesysteem na het
uitschakelen enkele minuten verder lopen. Zo wordt
nog aanwezige kookdamp verwijderd.Hierna schakelt
het ventilatiesysteem automatisch uit.
In de basisinstellingen (~ Blz. 23) kunt u de volgende
opties voor de naloop kiezen:
Naloop deactiveren
■
Naloop voor een vastgestelde tijdsduur in een
■
vastgestelde vermogensstand activeren
Aanwijzing: De naloop schakelt alleen in wanneer er
minstens één kookzone minimaal één minuut is
ingeschakeld.
Uitschakelen
Symbool
aanraken.
A
De naloopfunctie wordt direct beëindigd.
Wanneer een van de volgende voorwaarden van
toepassing is, wordt de naloopfunctie uitgeschakeld:
De nalooptijd is afgelopen.
■
Het apparaat wordt weer ingeschakeld.
■
Bereidingstabel
In de tabel wordt voor alle gerechten weergegeven welke kookstand geschikt is. De bereidingstijd kan afhankelijk van
de soort, het gewicht, de dikte en de kwaliteit van de gerechten variëren.
Smelten
Chocolade, couverture
Boter, honing, gelatine
Opwarmen en warmhouden
Eenpansgerecht, bijv. linzenschotel
Melk*
Worstjes in water verwarmen*
Ontdooien en opwarmen
Spinazie, diepvries
Goulash, diepvries
Gaarstoven, zachtjes laten koken
Aardappelballetjes*
Vis*
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus
Geklopte sauzen, bijv. bearnaisesaus, hollandaisesaus
* Zonder deksel
** Herhaaldelijk keren
***Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.
Kookadvies
Advies
Bij het warm maken van puree, crèmesoepen en
■
dikvloeibare sauzen regelmatig roeren.
Voor het voorverwarmen kookstand 8 - 9 instellen.
■
Bij de bereiding met deksel de kookstand
■
terugschakelen, zodra er tussen deksel en
kookgerei stoom vrijkomt. Voor een goed
bereidingsresultaat is geen stoom nodig.
Na de bereiding het kookgerei tot het opdienen
■
gesloten houden.
Voor het koken met de snelkookpan de
■
aanwijzingen van de fabrikant in acht nemen.
De gerechten niet te lang laten koken of bakken, om
■
de voedingswaarde te behouden. Met de
kookwekker kan de optimale bereidingstijd worden
ingesteld.
Voor een gezonder bereidingsresultaat dient
■
rokende olie te worden voorkomen.
Voor een bruine kleur van de gerechten deze na
■
elkaar klaarmaken in kleine porties.
Kookgerei kan tijdens de bereiding hoge
■
temperaturen bereiken. Het gebruik van
pannenlappen is aan te bevelen.
Adviezen voor energie-efficiënt koken vindt u in het
■
hoofdstuk ~ "Milieubescherming"
Apparaat bedienen
Kookstand
Bereidingstijd
(min.)
1 - 1.
-
1 - 2
-
1. - 2
-
1. - 2.
-
3 - 4
-
3 - 4
15 - 25
3 - 4
35 - 55
4. - 5.
20 - 30
4 - 5
10 - 15
1 - 2
3 - 6
3 - 4
8 - 12
15
nl