7.4 Oriëntatie
De AI50 kan de informatie op drie manieren tonen:
"NORTH UP", "HEAD UP" en "COG UP" (resp. Noorden
boven, koers boven en koers over grond boven). Het
symbool in de linker bovenhoek van het display geeft uw
huidige oriëntatie aan.
HDG UP is alleen beschikbaar als een kompas bron
aanwezig is.
Door DISPLAY/VIEW te toetsen worden beurtelings de
DISPLAY
DISPLAY
beschikbare opties "NORTH UP", "HEAD UP" en "COG UP"
VIEW
VIEW
geselecteerd.
Bij elke geselecteerde optie wordt de volledige naam
gedurende 2 seconden in de linker bovenhoek getoond
die daarna verandert in een pijl met een relevante letter
die uw selectie aangeeft met "N", "H" of "C".
NOORDEN BOVEN
KOERS BOVEN
vaartuig.
COG BOVEN
over de grond.
De "HDG Up" optie is alleen beschikbaar als de unit beschikt
over een interface via de SimNet poort met een geschikte
bron met Kompaskoers informatie.
7.5 Kustlijn detail
Het kustlijn detail wordt getekend via intern opgeslagen
wereldkaarten. De optie kan worden in- of uitgeschakeld
via de "Display Mode" opties in het Hoofdmenu, zie sectie
6.2.
N
– Pijl op display wijst naar Ware Noorden.
N
– Pijl op display wijst in richting van Ware Koers
N
– Pijl op display wijst in richting Ware Koers Vaartuig
Figuur 7.2 – Display oriëntatie
2 Sec.
2 Sec.
2 Sec.
AIS Kaart mode 59