voor maritiem gebruik maar 1m lang is. Op zeiljachten
wordt deze als regel bij de masttop gemonteerd, vrij van
navigatie verlichting en windvanen. Dit type antenne kan
ook op het dak van het stuurhuis of de overkapping van
motorjachten worden gemonteerd.
Voor een maximaal bereik wordt aanbevolen om een VHF
antenne toe te passen die speciaal op gebruik met een
AIS is afgestemd en die dan niet nabij de standaard VHF
antenne gemonteerd mag worden. Verticale separatie
verdient de voorkeur maar als dat niet praktisch is
dan wordt een horizontale separatie van tenminste 5m
aanbevolen.
De impedantie van de coaxiale antennekabel en
elke connector dient 50Ω te zijn. In geen geval
mogen standaard huishoudelijke TV kabels en
connectors worden gebruikt. Onjuiste impedantie
van bekabeling en connectors kan tot gevolg
hebben dat het vermogen de antenne niet bereikt
of zelfs wordt teruggekaatst naar de AI50 unit, met
als gevolg prestatieverlies.
De kwaliteit van elke aansluiting en de integriteit van de
kabel heeft een directe invloed op de prestatie van de
unit. Slecht soldeerwerk of corrosie van aansluitklemmen
kunnen de prestatie benadelen. Wij bevelen aan om
schroef- of krimpconnectors niet te gebruiken voor
dekaansluitingen –een goede kwaliteit waterdichte
connector met soldeeraansluitingen is minder gevoelig
voor slechte aansluiting als gevolg van corrosie van de
aansluitpennen.
Voor een optimale prestatie van de unit dient de kabel
zodanig te worden gerouteerd dat interferentie het
minst waarschijnlijk is of wordt veroorzaakt door andere
elektronische apparatuur zoals dieptemeter transducer
kabels of hoog vermogen kabels.
De antennekabel dient aan het einde te worden voorzien
van een PL259 plug. Sluit de antenne plug aan op de
contactdoos aan de achterkant van de AI50 en schroef de
borgmoer vast. Figuur 2.3.
Installatie 17