Audiobestanden importeren en beheren (WAVE)
Knop
Uitleg
[F1] (CANCEL)
Beëindigt het samplen.
Begint met samplen.
[F2] (START/STOP)
De indicator verandert in "STOP" tijdens het samplen. Druk hierop om het opnemen te stoppen.
[F3] (CLEAR PEAK)
Stelt de piekindicatoren opnieuw in.
2.
Druk op de [F2] (START)-knop of gebruik de autotriggerfunctie om het samplen te starten.
3.
Druk op het [F2] (STOP)-knop om te stoppen met samplen.
Een gesamplede wavevorm bewerken en opslaan (WAVE EDIT)
1.
Druk in het SAMPLING-scherm op de [F6] (WAVE EDIT)-knop.
Het wavebewerkingsscherm verschijnt.
Parameter
Uitleg
Stelt het startpunt in.
Start Point
Dit knipt alles in de wavevorm af wat vóór deze positie komt.
Stelt het eindpunt in.
End Point
Dit knipt alles in de wavevorm af wat na deze positie komt.
Knop
[F1] (CANCEL)
[F4] (RENAME)
[F5] (PREVIEW)
[F6] (SAVE)
[ã] [â]-cursorknoppen
[-] [+]-knoppen
[SHIFT]-knop + [à] [á] [ã] [â]-
cursorknop
96
Uitleg
Sluit de WAVE EDIT-modus af.
Bewerk de wavenaam.
Geeft een voorbeeld van de gesamplede wavevorm.
Slaat de gesamplede wavevorm op in het geheugen van dit apparaat.
Naast het opslaan kunt u hiermee de wave aan de pads van de momenteel geselecteerde
kit toewijzen.
Selecteert een parameter.
Bewerkt de instelling.
Zoomt in/uit op de weergegeven wavevorm.