14 Babyfoon
Uw telefoon onderste�nt de babyfoonf�nctie,
die een waarsch�wing verzendt wanneer het
gel�idsvol�me de ingestelde limiet overschrijdt.
Zorg ervoor dat alle handsets die bij het
basisstation zijn aangemeld Philips D60�
modellen zijn, zodat deze f�nctie goed kan
f�nctioneren.
Let op
•
Zorg ervoor dat � de handset met de geactiveerde
babyfoon niet in de babykamer achterlaat.
•
Zorg dat de baby�nit en het snoer altijd b�iten het
bereik van de baby blijven.
•
Plaats de baby�nit ten minste 1 meter, maar niet meer
dan 2 meter, van de baby vandaan.
De babyunit activeren/
deactiveren
Selecteer [Menu] >
op [OK] om te bevestigen.
» De baby�nit is geactiveerd. [Babyfoon
aan] wordt weergegeven.
Tip
•
Als � de o�der�nit niet hebt ingesteld, verschijnt een
bericht. U wordt dan gevraagd te kiezen waarnaar � het
alarm st��rt: externe lijnen of een andere handset. Voor
informatie raadpleegt � het volgende gedeelte.
•
Dr�k op [Uit] om het babyfoonmen� af te sl�iten.
1-2m
> [Activeren] en dr�k
Opmerking
•
Wanneer de babyfoon is ingeschakeld, gaat de
babyhandset niet over bij inkomende oproepen.
Een alarm verzenden
U k�nt een alarm verzenden naar andere
handsets in h�is of naar een externe lijn. De
externe lijn kan een mobiele telefoon of een
andere vaste lijn b�itensh�is zijn.
Opmerking
•
Zorg ervoor dat event�ele voorke�zegetallen en/of de
landcode worden toegevoegd wanneer � een alarm
verzendt.
Naar andere handsets verzenden
1
Selecteer [Menu] >
> [Verbonden lijn] en dr�k op [OK] om
te bevestigen.
2
Selecteer het handsetn�mmer en dr�k op
[OK] om te bevestigen.
Opmerking
•
Zorg ervoor dat de afstand t�ssen de baby�nit en de
o�der�nit ten minste 1,5 bedraagt om rondzingen te
voorkomen.
Naar een externe lijn verzenden
1
Selecteer [Menu] >
> [Externe lijn] en dr�k op [OK] om te
bevestigen.
> [Wrsch verz nr]
1.5m
> [Wrsch verz nr]
NL
27