Soort
Storingscode
Betekenis
code
3
6 C
De branderautomaat is defect.
5 0 9
2
3
6 L
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten tijdens het
2 2 9
+
branden.
2
7 A
De netspanning is te laag.
5 5 0
3
8 C
De branderthermostaat heeft, vaker dan is toegestaan, een te
3 7 3
hoge temperatuur gemeten.
3
8 C
Er is, vaker dan toegestaan, onvoldoende ionisatiestroom
3 7 4
gemeten tijdens het branden.
2
9 A
De geplaatste jumper correspondeert niet met het
2 3 5
toesteltype.
3
9 L
De branderautomaat is defect.
2 3 8
3
C 0
De waterdruk is te hoog of de contacten van de druksensor
2 8 8
zijn onderbroken.
3
C 0
De contacten van de druksensor zijn kortgesloten.
2 8 9
3
C A
De retourtemperatuursensor heeft een cv-retourtemperatuur
2 8 6
gemeten die hoger is dan 105 °C.
3
C U
De contacten van de retourtemperatuursensor zijn
2 4 0
kortgesloten.
3
C Y
De contacten van de retourtemperatuursensor zijn
2 4 1
onderbroken.
2
E E
De branderautomaat ziet een interne fout.
5 5 4
3
E E
6 5 7
3
E L
De branderautomaat is defect.
2 5 9
3
E L
2 7 9
Tabel 12 Displaycodes
8.2
Historiemenu
In het historiemenu worden de laatste 3 vergrendelende storingscodes
opgeslagen.
▶ Druk 5 seconden op de toets "info" om het historiemenu te openen.
▶ Doorloop het menu met de pijltoetsen
▶ Lees de eventuele storingscodes uit.
▶ Druk op de toets "info" om het historiemenu te verlaten.
G e s c h i k t v o o r v e r w a r mi n g p e r k a me r me t
S ma r t H o me
s l i mme t h e r mo s t a a t
Nefit ProLine NxT HRC 24/CW3 en 24/CW4 • 6720813357 (2014/10)
en
.
Oplossing
• Controleer de connectors en de bekabeling van de branderautomaat.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
• Controleer de dynamische gasvoordruk.
• Controleer de bekabeling en de connector van de ionisatiepen.
• Controleer de ontstekingsunit op beschadiging en slijtage. Vervang het
onderdeel indien nodig.
• Controleer de netspanning van de contactdoos waarop het cv-toestel is
aangesloten.
• Het cv-toestel kan niet worden herstart en moet door de fabrikant worden
ontgrendeld. Neem hiervoor contact op met de fabrikant.
• Controleer het jumper-nummer.
• Plaats de jumper met het juiste jumper-nummer.
• Controleer de connectors en de bekabeling van de branderautomaat.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
• Controleer de cv-waterdruk (< 3 bar).
• Controleer de connector van de druksensor.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de druksensor te vervangen.
• Controleer de cv-waterdruk en ontlucht de cv-installatie en het cv-toestel.
• Controleer of er voldoende stroming over de cv-installatie mogelijk is.
• Controleer de bekabeling en de connector van de retourtemperatuursen-
sor.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de retourtemperatuursensor
te vervangen.
• Reset het cv-toestel.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
• Controleer de connectors en de bekabeling van de branderautomaat.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
Installateursinstructie
19